Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Kennismaken met: directeur Grond en Ontwikkeling
Pierre van Rossum

Pierre van Rossum is op 1 oktober gestart in zijn nieuwe functie als directeur bij het Ontwikkelingsbedrijf gemeente Amsterdam (OGA), nu herdoopt tot RVE Grond en Ontwikkeling.

Klik hier voor kennismaking met Max van Engen (Directeur Wonen)
Reorganisatie ambtelijk Amsterdam
Ambtelijk Amsterdam is gereorganiseerd. Dat wordt even wennen. Diensten heten vanaf 1 januari ‘resultaatverantwoordelijke eenheden’ (RVE’s). Het Ontwikkelingsbedrijf Amsterdam is omgedoopt tot de RVE Grond en Ontwikkeling. De Dienst Wonen, Zorg en Welzijn is gedefuseerd tot onder meer de RVE Wonen. Kennismaking met de nieuwe leidinggevenden Pierre van Rossum en Max van Engen (Wonen).

Hoe woon je zelf?

“Ik heb Brabantse ouders, maar ben geboren Amsterdammer. Ik ben er naar school gegaan, heb er gestudeerd en lang gewoond. Ik woon nu in Diemen, op het industrieterrein Verrijn Stuart aan de Weespertrekvaart. Daar heb ik een voormalige bedrijfswoning opgetopt. Lekker ruim, relatief goedkoop en vrij.”
 
Wat heb je hiervoor gedaan in de ruimtelijke sector?

“Ik werk al bijna dertig jaar met veel plezier voor de gemeente Amsterdam. Tijdens mijn studie planologie ben ik in 1985 gestart als coördinator Nieuwbouw bij de voormalige Stedelijke Woningdienst. Daarna gaf ik in mijn 21-jarige loopbaan bij het Projectmanagementbureau (PMB) leiding aan projecten, zoals het kerngebied van de Zuidas - Mahler 4, WTC, Gershwin -, de Zuidelijke IJ-oever, de dubbelstad Amsterdam-Almere en de troonswisseling in 2013. Vanaf 2005 zat ik in de directie van het PMB, waarvan de laatste vijf jaar als eindverantwoordelijk directeur. Ik ben op 1 oktober begonnen als directeur bij het Ontwikkelingsbedrijf. Ik leid nu behalve de RVE Grond en Ontwikkeling ook nog het Project 1012 - het zogenaamde Wallenproject - en een project bij een vluchtelingenkamp in Jordanië.”
 
Wat verandert er door de stoelendans in ambtelijk Amsterdam voor het OGA?

“Stoelendans klinkt als een spel, dat is het niet. De gemeente heeft de opdracht om vanuit een vernieuwde organisatie sneller, flexibeler de stad centraal te stellen en te dienen. Ik ben naar Grond en Ontwikkeling gekomen om een paar grote opdrachten uit te voeren. Grond en Ontwikkeling is voor eigenaren, ontwikkelaars, beleggers, zelfbouwers en vele andere initiatiefnemers het eerste en misschien wel belangrijkste contact bij bouwen in de stad. Wij moeten open staan voor de ideeën, meedenken, zoveel mogelijk faciliteren, maar ook helder zijn over de beleidskaders. Grond en Ontwikkeling moet gezien kunnen worden als een deskundige, professionele partij waarmee het goed zaken doen is in het belang van de stad Amsterdam.”
 
Op welke wijze verschilt je functie van die van je voorganger?

“Het ambtelijk apparaat is anders georganiseerd. Zo zijn alle medewerkers die een rol spelen in de bedrijfsvoering weg en gecentraliseerd in het cluster Bedrijfsvoering. Ik ben, net zoals in het verleden Jan Hagendoorn was, verantwoordelijk voor het erfpachtbeheer, de gebiedsontwikkeling, zelfbouw, studentenhuisvesting en de transformatie van lege kantoren. Ik ben dus ook eindverantwoordelijk voor de financiële resultaten van gronduitgiften. Het werkpakket dat erbij gekomen is, betreft de grotere stadsdeelprojecten en de transformatie van leegkomende zorgvoorzieningen in de stad.”
 
Wat zie je als de belangrijkste opgaven voor de komende collegeperiode?

“De eerste belangrijke opgave betreft de bestuurlijke opdracht om vanaf 2018 circa vijfduizend woningen per jaar te gaan bouwen. Het gaat hier om een impuls in de stedelijke gebiedsontwikkeling. Er is een belangrijke taak weggelegd voor de mensen van Gebiedsontwikkeling, maar ook voor de RVE Zuidas en de stadsdelen. We gaan daarvoor extra inzetten op nieuwbouw, zelfbouw, studentenhuisvesting en transformatie van bestaande gebouwen. De tweede belangrijke opgave betreft de vernieuwing van het erfpachtstelsel. Het gemeentebestuur wil medio 2016 een eeuwigdurend erfpachtsysteem kunnen invoeren. Een intrigerende en complexe opdracht. Dit zijn twee voorbeelden, er speelt natuurlijk meer.
We kunnen na een periode van zorgen in de vastgoedmarkt en beperkte ontwikkeling van bouwprojecten, weer positief vooruit kijken. De economie zit mee, we hebben een ambitieus gemeentebestuur. De ambitie is om de ontwikkeling van de stad nieuwe impulsen te geven door het ontwikkelen van een groot aantal projecten. Op de middellange termijn kan de afdeling Gebiedsontwikkeling zich meer gaan ontplooien tot initiator van nieuwe projecten. En zich bijvoorbeeld ook meer richten op het initiëren en faciliteren van projecten met andere verdienmodellen, zoals ‘grondexploitatieloos bouwen’.”

Gaat het lukken om het erfpachtsysteem deze collegeperiode te hervormen?

“Het is een complexe opgave met een duidelijk doel: een nieuw stelsel met eeuwigdurende erfpacht. We betrekken veel externe deskundigen zoals notarissen, makelaars en hypotheekverstrekkers bij de uitwerking van de plannen, alsook de belangenorganisaties die voor de erfpachter opkomen. We hebben in het najaar een gedetailleerde startnotitie gemaakt die het proces beschrijft gericht op de invoering van het nieuwe systeem per 1 juli 2016.”