Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Tweede verdieping
"Liever de hele dag in de tram dan in de regen"
750 tienermoeders zonder woning

Er moeten er zo’n 750 zijn in Amsterdam. Tienermoeders zonder vaste verblijfplaats die met hun kind van adres naar adres. Meer dan eens belanden de jonge moeders in de criminaliteit of prostitutie. Het is een categorie daklozen die overal tussen wal en schip lijkt te vallen. Hun problemen staan bovendien niet al te hoog op de politieke agenda.

-Het komt voor dat Lexia (15) met haar zoon Kenneth (1) de hele dag in de tram zit. Dan zijn ze tenminste binnen als het regent. ’s Avonds moet ze beslissen: bij een ‘vriendje’ of een kennisje logeren, buiten blijven, de anonieme opvang van HVO of toch maar eens terug bij haar oudtante. Maar die stelt strenge eisen. Kenneth kent al veel adressen en mensen. Het zal zeker nog een paar jaar duren voor hij een eigen plek krijgt, met vaste regels en gewoonten. Als Lexia, wanneer ze eenmaal oud genoeg is, al een voorrangsindicatie krijgt van de Dienst Wonen én een uitkering om de huur en andere vaste lasten te betalen. Om over de gemaakte schulden maar te zwijgen.
Er moeten er zo’n 750 zijn in Amsterdam. Tienermoeders als Lexia die geen woning hebben, en geen inkomsten. Ze zwerven van adres naar adres. Voor een logeerpartij moeten meestal concessies worden gedaan. Meer dan eens belanden de jonge moeders in de criminaliteit of prostitutie. Nog eens naar schatting 750 wonen met hun kind in bij familie, met vallen en opstaan. De meesten van hen wonen of verblijven in Amsterdam Zuidoost, en het probleem lijkt zich grotendeels aan het zicht van de centrale stad te onttrekken. Stadsdeelvoorzitter Elvira Sweet kent het probleem en is ermee bezig. Maar dat kost tijd.
Een werkgelegenheidsproject voor tienermoeders in samenwerking met Mi Oso es Mi Kas (MOEMK), PaVem en stadsdeel Zuidoost en Woman@work, is onlangs van start gegaan. Contact met corporaties over huisvesting is er wel, waarbij het stadsdeel in voorkomende gevallen een huurgarantie afgeeft.
De nieuwe wethouder van de centrale stad, Ahmed Aboutaleb, is eveneens bereid een dossier op te bouwen. Het eerste gesprek met vertegenwoordigers van welzijnsinstelling Mi Oso es Mi Kas is achter de rug. Toezeggingen zijn vooralsnog niet gedaan.

Regels, regels…

Horace Augustuszoon, sinds drie jaar coördinator van MOEMK, en haar pedagogisch medewerker Marjorie Toppin, weten er alles van. Dagelijks komen de moeders en hun kinderen langs in de huiskamer of op het inloopspreekuur. Natuurlijk biedt MOEMK hulp in de vorm van opvoedcursussen of oppasprojecten, maar vaker zijn ze bezig heel Nederland af te bellen voor opvangadressen. “Dat lukt lang niet altijd”, zegt Horace, “want er zijn maar een paar honderd opvangplekken voor ongeveer drieduizend dakloze jongeren in Nederland.”
Voor tienermoeders ligt de zaak extra gecompliceerd. Moeders onder de achttien kunnen niet terecht in de hulpverlening voor jongeren (ze hebben tenslotte een kind), noch bij die voor volwassenen (ze zijn tenslotte te jong). Er bestaan regels als: ‘Je kunt bij ons terecht als je zeven maanden zwanger bent.’ Wie korter zwanger is moet wachten. Er zijn ook instanties die een kind bij de moeder weghalen. “Ze vallen tussen de wal en het schip, en dus zwerven ze. Ze krijgen nooit rust, en hun kinderen natuurlijk ook niet. Sommigen van hen zijn echt suïcidaal, omdat hun situatie zo uitzichtloos lijkt. Het is eigenlijk wonderbaarlijk hoe ze zich weten te redden zonder vaste plek en zonder geld.” Aldus Augustuszoon. De moeders zelf willen liever niets zeggen. En als ze dat doen, dan anoniem.
Goedwillende vrijwilligers met een vrije kamer bieden geen oplossing. Toppin: “De meisjes hebben gecompliceerde problemen en daarom hebben ze professionele hulp nodig. Vaak zijn ze afkomstig uit éénoudergezinnen. Hun zelfbeeld is slecht. We moeten ze echt leren om initiatief te nemen en vertrouwen te hebben. Gelukkig leren ze ook elkaar te helpen en een netwerk op te bouwen.”
“Dit jaar hebben al meer dan 70 moeders een beroep op de hulpverlening van Mi Oso gedaan. Het aantal tienerzwangerschappen moet omlaag en daarom is ons preventieprogramma een van onze belangrijkste pijlers, zegt Augustuszoon tot slot.

Woonatelier

Dat huisvesting sec niet voldoet onderschrijven alle betrokkenen. Er is opvoedingsondersteuning nodig, oppas, hulp bij scholing en opleiding. En geld om van te leven. Wonen ‘met zorg’ dus, zoals je dat ook voor hulpbehoevende ouderen hebt. Roswitha Pudlat, van het werkteam Stedelijke Belangenorganisaties van de Amsterdams Steunpunt Wonen, benadrukt dat nog eens: “Er zijn veel jongeren bij die geen eigen netwerk hebben. Denk maar aan Marokkaanse tienermoeders die door hun familie zijn verstoten. De vaders van de kinderen zijn meestal niet in beeld, anders zouden ze het samen nog kunnen redden.” Geen gewone woningzoekenden dus, maar jongeren die in de termen van Pudlat ‘empowered’ moeten worden. Daartoe wil zij met haar collega Christien Kop, die in contact staat met de doelgroep, een ‘woonatelier’ in het leven roepen. Pudlat: “We willen de moeders uit hun milieu halen en dan onder begeleiding laten zoeken naar aanknopingspunten, de negatieve spiraal doorbreken.” Een subsidie voor het project moet nog worden aangevraagd. Begin september begint het overleg met de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling.
“Ik wil benadrukken dat we er met onderdak niet zijn”, zegt Pudlat. “Naast voorrang bij de Dienst Wonen, waarmee overigens een goede verstandhouding bestaat, hebben we ook behoefte aan betaalbare kinderopvang, kinderbijslag voor moeders die jonger zijn dan 18 en steun bij scholing. Bovenal hebben de moeders behoefte aan duidelijkheid!”

‘Geen truc!’

Dat de problemen van tienermoeders niet al te hoog op de politieke agenda staan ligt niet alleen aan de relatieve onzichtbaarheid. “Partijen als de VVD en het CDA hebben een houding van ‘eigen schuld, dikke bult’”, stelt PvdA-raadslid Amma Asante (portefeuilles jeugdbeleid, diversiteit en grotestedenbeleid) vast. Maar ook bij de voorganger van haar eigen wethouder vond ze geen gehoor.
Asante groeide zelf in de Bijlmer op en zag daar al de jonge moeders. “Als ik met mijn veel jongere zusjes en broertje rondliep voelde ik de blikken. Ik kan me best verplaatsen in de gevoelens van tienermoeders.”
Zes jaar geleden legde ze contact met Mi Oso es Mi Kas, wat nog niet zo eenvoudig was, want de moeders zijn wantrouwend. Er is al veel gepraat, met welzijnswerkers, politici en journalisten, maar blijvende resultaten heeft het nog niet opgeleverd. “Het zijn meisjes die het thuis niet gemakkelijk hadden; geen geld, geen liefde. Ze zijn onzeker en zoeken het bij een vriendje en dat vriendje wil zonder condoom vrijen. Soms worden ze bewust zwanger in een poging zo’n jongen aan zich te binden.”
Ze schreef een raadsnotitie over het probleem, waarin ze ook de al genoemde oplossingen aandraagt. De notitie zal nog dit derde kwartaal in het college aan de orde komen. “Ik verwacht een positief advies aan de raad”, zegt Asante welgemoed, “het gaat tenslotte om een beheersbare groep. Er staan slooppanden jaren leeg, daar moet een begeleide woonvorm voor jonge, wat labiele meisjes in komen.”
Dat zwangerschap een methode is om eerder voor een woning in aanmerking te komen, gelooft ze niet. “Dan ken je de problemen van deze moeders niet. In de VS proberen ze jonge moeders inderdaad af te schrikken door geen of nauwelijks voorzieningen op te tuigen. Maar denk ook eens aan de maatschappelijke kosten als je deze groep, en hun kinderen, niet helpt.”
Ze gaat verder. “Ik zeg tegen de moeders: doe zelf je verhaal. Alles wat in de raadsnotitie staat komt van hen.”
Asante is erin geslaagd de moeders mee te krijgen naar een raadscommissievergadering in het stadhuis. “Dan zie je dat de reacties bij een directe confrontatie 180 graden kunnen draaien.”
Eerst de politiek, straks de corporaties. “Ik zit zelf in een klankbordgroep van Woonstichting De Key”, zegt ze, “de urgentie van dit probleem wordt nog onvoldoende onderkend. Er is gewoon geen beleid voor.”

Bas Donker van Heel

MOEMK hoopt binnenkort een opvanghuis voor tien jonge moeders te openen aan de Wibautstraat. Financiële bijdragen zijn welkom. Meer informatie: Mi Oso es Mi Kas 020-6005340

(Het verhaal van Lexia en Kenneth is opgebouwd uit verklaringen van jonge moeders die anoniem willen blijven.)