Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Kort bestek
Platformbijeenkomst Bureau Woningbouwregie
Wie wijst nu de architect aan?

“Ik dacht dat het allang normaal was dat een opdrachtgever de architect aanwijst, en dat de gemeente of een stadsdeel hooguit een lijstje aanreikt. Is dat nog steeds anders?” Aldus richt een vertwijfelde wethouder Duco Stadig zich tot de andere aanwezigen op de bijeenkomst over ‘rolverwarring’ georganiseerd door Bureau Woningbouwregie.

“Ja, wie weet eigenlijk hoe het zit”, vraagt discussieleider Arthur Verdellen, die vorig jaar werd aangesteld als regisseur woningbouw. Evert Bartlema, portefeuillehouder Wonen in stadsdeel Westerpark: “De opdrachtgever wijst de architect aan, maar in de praktijk kun je daar een gesprek over hebben.” Ook Bartlema’s stadsdeel hanteert lijstjes, maar corporaties kunnen ook architecten kiezen die daar niet op staan. Volgens Wienke Bodewes, de directeur Projectontwikkeling bij Woningbedrijf Amsterdam die de kwestie aanzwengelt, kan de druk op de opdrachtgever om een voorgeselecteerde architect te kiezen behoorlijk oplopen. Met als gevolg wrijving en vertraging.

De onduidelijkheid rond de architectenkeuze onderschrijft nog eens het openingsbetoog van Verdellen, die ervoor pleitte dat partijen bij een bouwproject van tevoren hun afzonderlijke rollen vastleggen. “Anders zit je binnen een paar weken met verschillende interpretaties.” Bartlema ziet die verwarring niet zo: zijn stadsdeel is behoorlijk rolvast, al krijgt hij van zowel bewoners als corporaties het verwijt dat hij teveel partij voor de ander kiest. Dan de corporaties. “Die zijn prima in staat hun eigen weerstand te organiseren”, zegt Bartlema. “Omdat geld hun belangrijkste uitgangspunt lijkt, en niet de bewoners.” Hoe meer weerstand, hoe meer overlegrondes, zegt de stadsdeelbestuurder. En dat leidt tot extra voorbereidingskosten, ook voor de corporaties.
Bartlema steekt overigens ook de hand in eigen boezem: het stadsdeel moet wat meer aan tijdsbewaking doen, niet steeds de plannen opnieuw onder de loep houden en wat minder vaak (duur extern) advies inwinnen. En het stadsdeel moet zich niet teveel bemoeien met de kwaliteit. “Je moet niet de hele wereld willen stoppen in een bouwblok van vijftien woningen”, zegt Bodewes, die vervolgens opsomt welke verschillende typen woningen soms in één zo’n blokje moeten worden geperst. Gelukkig komt aan deze praktijk een einde met het eind mei door de gemeenteraad aangenomen Actieplan Woningproductie, waarin de programmering niet langer op project-, maar op stadsdeelniveau is vastgelegd.

De volgende platformbijeenkomst van Bureau Woningbouwregie is op 21 augustus,
met als onderwerp ‘Hoe krijgen we de markt weer in beweging’.
Opgeven, ook voor de (digitale) nieuwsbrief van Bureau Woningbouwregie, kan met een e-mail naar: bwr@bwr.amsterdam.nl .