Overslaan en naar de inhoud gaan

Aedes: help minima door eenmalige huurverlaging een jaar eerder in te voeren

Image

De eenmalige huurverlaging voor minima om bij te dragen aan de koopkracht van huurders moet met één jaar vervroegd. Daarvoor pleit Aedes in een reactie op de voorgestelde wijziging van de Woningwet. Deze eenmalige verlaging gaat wat de woningcorporaties betreft al in per 2023 en niet pas in 2024. 

“Als woningcorporaties hebben we in de Nationale Prestatieafspraken volkshuisvesting al met het kabinet afgesproken dat er in 2024 een huurverlaging komt voor de huurders die dat het hardst nodig hebben. Daarmee dragen we bij aan hun koopkracht. Maar huurders komen nu al in de knel door dure boodschappen en een hoge energierekening. Daar past een jaar langer wachten niet bij”, aldus Aedes-voorzitter Martin van Rijn.

In de Nationale Prestatieafspraken was overeengekomen dat de huren van huurders met een inkomen tot 120% van het minimuminkomen eenmalig worden verlaagd. Deze maatregel is onderdeel van een breder pakket aan maatregelen om sociale huurwoningen betaalbaar te houden. In het akkoord wordt het jaartal 2024 vermeld, met daarbij de opmerking dat het kabinet met woningcorporaties wilde bespreken deze afspraken eerder in te laten gaan. Daar is Aedes gelet op de negatieve koopkrachtontwikkeling een groot voorstander van. De Woonbond steunt dit voorstel.

Wel moet er volgens Aedes in de uitvoering voor worden gewaakt, dat huurders onvoldoende profiteren van de verlaging. Dat risico bestaat doordat een huurverlaging ook van invloed is op de hoogte van de huurtoeslag. De gemiddelde huurverlaging wordt geschat op €57 per maand. Als gevolg van deze huurverlaging wordt de huurtoeslag lager met een gemiddeld bedrag van €37 per maand. Dat betekent dat de huurder van een huurverlaging van €57 slechts €20 per maand overhoudt. En tegelijkertijd de overheid financieel voordeel heeft van deze voor huurders bedoelde maatregel. “Het is cruciaal en absoluut noodzakelijk dat de eenmalige huurverlaging volledig bij de huurders terechtkomt. De maatregel is immers voor hun koopkracht bedoeld”, aldus Van Rijn.