Amsterdam blijft de aantrekkelijkste plaats om te wonen, gevolgd door Amstelveen, Leiden en Utrecht. Dat blijkt uit de jaarlijkse publicatie Atlas voor Gemeenten. De onderzoekers hebben alle indicatoren waarop ze hun ranglijst baseren naar eigen zeggen kritisch tegen het licht gehouden, maar dat heeft geen invloed op de positie van Amsterdam, al sinds jaren bovenaan de ranglijst.
Elk jaar kiest de Atlas een thema. Dat was dit jaar de invloed van groen en blauw (water). De aanwezigheid van groen en water drijven de prijzen van stadse woningen op, zo blijkt uit het onderzoek. En Amsterdam scoort relatief hoog (plek 17) als het gaat om parken en water binnen de gemeentegrenzen en de directe omgeving. Plaatsen in de regio Amsterdam die hoger scoren op 'groenblauwe aantrekkelijkheid' zijn Velsen(3), Lelystad(8), Haarlem(12), Amstelveen(13) en Almere(15).
Groen en water in de wijk en woonomgeving dragen bij aan de aantrekkelijkheid van een plek. De vierkantemeterprijzen in de buurt daarvan liggen gemiddeld hoger. Mensen zijn niet alleen bereid om te betalen voor een woning in een wijk met veel groen of blauw, maar ook voor een woning op een plek met veel groen en blauw binnen acceptabele reistijd, zo constateren de Atlas-onderzoekers. Zowel de hoeveelheid als de kwaliteit groen en blauw zijn van invloed. De stad met de grootste groenblauwe woonaantrekkelijkheid, Arnhem, combineert een gunstige ligging ten opzichte van de Veluwe met veel groen en blauw in de stad.
Het onderzoek van Atlas Research, dat de vijftig grootste gemeenten vergelijkt, verschijnt vandaag. Het thema groen en blauw in de stad is actueel vanwege het veranderend klimaat. Bomen en water dragen ook bij aan de aantrekkelijkheid van de woonomgeving omdat ze zorgen voor verkoeling. In dat ranglijstje scoort Amsterdam dan weer heel slecht: plek 42 van de 50 in het lijstje met 'het aandeel woningen binnen 300 meter van verkoeling'. Wie zich zorgen maakt over hittestress kan het beste in Emmen gaan wonen, althans van de vijftig steden uit het onderzoek.