Amsterdammers zijn gemiddeld gesproken redelijk tevreden over hun woonomgeving. Dat is tenminste de uitkomst van de grootschalige ‘leefbaarheidsenquete’ die SWD en de Amsterdamse Federatie van woningcorporaties in 2001 hielden. In dit nummer van NUL20 staan de belangrijkste resultaten. Bewoners van de binnenstad blijken het meest tevreden, die van Bos en Lommer geven aan het minst tevreden over hun woonomgeving te zijn. Maar een gemiddelde kan verdoezelen dat verschillende bevolkingsgroepen totaal uiteenlopende oordelen geven: vinden bewoners met een hoog inkomen de binnenstad ook zo veilig, ergeren allochtonen zich ook zo aan de vervuiling in Bos en Lommer?
Tabel 1 |
Er zijn verschillen, maar toch ook weer niet zoveel. Alle etnische groepen geven Bos en Lommer een gemiddeld rapportcijfer van minder dan een zes, terwijl bij alle groepen de binnenstad een relatief hoog cijfer krijgt. Nederlanders en buitenlanders uit geïndustrialiseerde landen tonen zich gemiddeld het meest tevreden (7,0), terwijl Turken het laagste cijfer geven (5,6). Bewoners met een hoger inkomen geven gemiddeld een iets hoger cijfer aan de woonomgeving dan bewoners met een laag inkomen (de zogenoemde primaire doelgroep).
Tabel 2 Totaaloordeel woonomgeving naar etniciteit* en stadsdeel |
1 = zeer ontevreden 10 = zeer tevreden
Bron: Wonen in Amsterdam 2001/ Lemon, ongewogen cijfers.