Het houdt niet op. Bestaande koopwoningen waren in juli 16,3 procent duurder dan een jaar eerder. De prijsstijging zwakte in 2019 wat af, maar trok in 2020 weer aan. Dat stijging over de maand juli is de grootste sinds oktober 2000. Dit blijkt uit onderzoek naar de prijsontwikkeling van bestaande particuliere koopwoningen in Nederland van het CBS en het Kadaster.
De maand- en kwartaalberichten van het CBS en het NVM over de koopsector krijgen iets eentonigs. Sinds 2013 klimmen de prijzen kwartaal na kwartaal. Sinds juni 2013 zijn de prijzen met 74 procent gestegen. Van afvlakking, zoals die zich in 2019 even leek af te tekenen, is ook geen sprake meer. De stijging in juli was de grootste sinds oktober 2000.
CBS rapporteert niet per maand over de ontwikkeling in Amsterdam, maar de prijsstijgingen blijven daar inmiddels achter bij de landelijke trend. Vorig jaar stegen de prijzen in de hoofdstad met gemiddeld 4,7 procent. De eerste twee kwartalen van dit jaar stegen de prijzen met 6,0 en 7,5 procent ten opzichte van een jaar eerder. In de hoofdstad heeft de 'gekte' al eerder toegeslagen.
Voor huishoudens met een modaal inkomen raakt een koopwoning in grote delen van het land buiten bereik. Recent meldde de adviesketen De Hypotheker dat alleenstaanden met een modaal inkomen (36.500 euro bruto, excl. vakantiegeld) zich nog maar 3,3 procent van de te koop staande woningen kunnen permitteren. Twee jaar geleden was dit ruim 6 procent. In Amsterdam is nog maar 0,2 procent van de woningen bereikbaar voor singles met een modaal inkomen.
Het aantal woningtransacties daalde in juli overigens met bijna 16 procent. Ook in het tweede kwartaal was het aanbod te koop staande bestaande woningen al historisch laag, aldus de Monitor Koopwoningenmarkt van de TU Delft. Ook het nieuwbouwaanbod is al enige tijd aan het afnemen. Dit bemoeilijkt de doorstroming vanuit de bestaande koopwoningen.
Overigens steeg het aantal verkopen over de eerste zeven maanden van het jaar wel, met 7 procent tot bijna 138.457.