Noord-Hollandse woningcorporaties willen gezamenlijk fabriekswoningen inkopen

Acht Noord-Hollandse woningcorporaties gaan gezamenlijk conceptwoningen inkopen, bouwprocessen  standaardiseren en fabrieksmatig modulair en circulair bouwen. Zonder dat ze willen leveren op kwaliteit, betaalbaarheid en uitstraling. Het initiatief heet de NH Bouwstroom. Betrokken zijn Eigen Haard, Intermaris, Parteon, Rochdale, Wooncompagnie, Woontij, Woonwaard en Ymere.

 

NH Bouwstroom streeft ernaar om in de komende 5-10 jaar te groeien naar de realisatie van zo’n 750 conceptwoningen per jaar: twee bouwstromen met grondgebonden eengezinswoningen en gestapelde appartementen, en een bouwstroom met tijdelijke, flexibele woningen.

 

In Cobouw vertellen Parteon-bestuurder Harry Platte en Irene Ponec, manager concept en kwaliteit van Ymere, dat het inkoopcollectief voor fabriekswoningen voor hen een logische stap is: corporaties hebben hun ontwikkelafdelingen ingekrompen en veel vaklieden hebben de bouwsector verlaten. Er is kortom overal schaarste. “We rollen van de ene crisis in de andere. Stikstof, PFAS, klimaat, grondstoffenschaarste", zegt Platte in Cobouw. "Er is een schaarste aan alles, de kostprijsstijging is enorm. We willen en kunnen de huren niet met dezelfde snelheid mee laten stijgen, want betaalbaarheid is waarvoor we ooit zijn opgericht. We zullen iets moeten bedenken wat echt op een andere manier gaat dan wat we tot dusver gedaan hebben.”

 

Platte is nog niet onder de indruk van de huidige generatie fabriekswoningen. "De grote disruptor is nog niet opgestaan." De sociale huisvesters willen op een gelijkwaardige manier samenwerken met woningmakers om een bouwstroom te creëren waar vraag naar is. En waarbij de corporaties omgekeerd langjarige afzet garanderen. Ponec: "Er zijn allerlei aannemers nu zo’n fabriek aan het realiseren, maar ze vergeten erbij om er een heel aantrekkelijk en mooi product van te maken. Ze laten het lijken op traditionele bouw, maar dat is het niet. Eigenlijk worden de kansen die industrialisatie biedt, onvoldoende benut. Het is niet altijd van het beste design, waardoor gemeenten, stedenbouwkundigen, supervisoren allemaal zeggen: wij willen deze producten niet.”