Overslaan en naar de inhoud gaan

Meergeneratiewonen

In het boek 'Meergeneratiewonen' onderzoeken architectenbureau BETA en ontwikkelaar AM de betekenis en mogelijkheden van meergeneratiewoningen in de huidige samenleving. Startpunt is het Drie Generatiehuis dat BETA enkele jaren terug ontwierp in Buiksloterham - Amsterdam-Noord. Het gebouw met vier woonlagen plus een laag met groot dakterras wordt bewoond door twee huishoudens die familie van elkaar zijn. Het jonge gezin beneden, de grootouders boven.

Maar over dat Drie Generatiehuis gaat het boek verder nauwelijks. Des te meer over het fenomeen meergeneratiewonen op zich. Wonen dus met meerdere generaties - niet per se familie - onder één dak of dicht bij elkaar. De auteurs (ze worden niet met name genoemd) schetsen een historische en maatschappelijke context. Met meer generaties dicht bij elkaar wonen was lang eerder norm dan uitzondering. Pas in de westerse geïndividualiseerde samenleving, met bijbehorende welvaart, werd het kerngezin - en langzamerhand steeds meer de single - de dominante woonvorm.
BETA schetst allerlei redenen waarom dat aan heroverweging toe is. En ook dat de kentering al is ingezet getuige de oplevende belangstelling voor woongroepen, wooncoöperaties en kangoeroewoningen. Maar meer nog zijn er de demografische ontwikkelingen, zoals drukke banen van tweeverdieners, toenemende mantelzorg, vergrijzing en oplopende tekorten in de zorg, die het onafwendbaar maken dat meer onderlinge zorg zal moeten worden verleend door familieleden, vrienden of buren. 
Het intergenerationeel wonen heeft onmiskenbare voordelen, zoals het delen van voorzieningen en apparatuur, het elkaar bewijzen van diensten (zoals op de kinderen passen, boodschappen doen bij ziekte enzovoort) en tegengaan van eenzaamheid. Het zorgt voor minder stress en meer welzijn. "Everybody wins" is het betoog.
Alleen: in de Nederlandse context zijn zulke woonvormen lastig te realiseren. Lastig in de bestaande bouw, lastig in de nieuwbouwprogrammering omdat het slecht aansluit bij het doelgroepdenken van projectontwikkelaars en stedenbouwers.
Het boek gaat in op randvoorwaarden om van meergeneratiewonen een succes te maken. Die zijn ingedeeld in vier rubrieken: diversiteit & ontmoeting, geschiktheid & flexibiliteit, diversiteit & verbinding en financiering & beheer. Bij elk van de vier onderdelen worden tips gegeven en een referentieproject besproken. 
Een fijne toevoeging is het laatste deel met portretten van mensen die deelnemen aan een of andere vorm van 'meergeneratiewonen'. Mede daardoor lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat deze woonvorm - in een wat bredere definitie - helemaal niet zo'n uitzondering is.
De behoefte is er, de noodzaak is er. Er is kortom volgens de auteurs meer dan genoeg reden om deze woonvorm meer aandacht te geven bij nieuwbouw en transformatie. Maar ja, hoe organiseer je dat? Die zoektocht is met dit boek niet klaar.
Er staat veel in. Jammer genoeg laat het boek zich door overvloedig kleurgebruik, uitbundige typografie, heel veel illustraties, kaderstukjes, inzetjes en wat al niet meer, beter doorbladeren dan lezen. Dat is overigens een makke van veel boeken van architecten. 

Fred van der Molen

Meergeneratiewonen. Productie van BETA en AM. Auteurs onbekend. 227 pagina's. Een digitale versie is gratis te bestellen (Zie link). Er verschijnt binnenkort ook een Engelse versie.