Wie het energieverbruik in Amsterdam fors wil reduceren, moet de bestaande woningvoorraad aanpakken. Daar valt een wereld te winnen. Tot dusver passen corporaties woningisolatie alleen toe bij complexgewijze renovatie. De Key onderzoekt of het haalbaar is losse woningen bij mutatie te vergroenen. “We willen het volledig in de normale bedrijfsvoering en alle geledingen van de organisatie doorvoeren”, zegt Jan van Beveren.
De proefwoning is te vinden op de eerste verdieping in de Nova Zemblastraat in de Spaarndammerbuurt. De bewoners zijn na een strenge selectie uit zestig kandidaat-huishoudens uitverkoren om als proefkonijn te dienen. “Niet omdat ze in huis drie wollen truien over elkaar dragen”, aldus Van Beveren. Het zijn doorsnee-huurders met belangstelling voor energiebesparing.
Dan de woning zelf. De gevel is geïsoleerd met behulp van extra binnenwanden waarin schapenwol, oftewel doscha, is verwerkt. Dat is drie keer zo duur als het gebruikelijke glaswol, maar de productie geschiedt volgens De Key CO2-neutraal, vandaar. Van Beveren: “we hopen dat deze materialen op den duur goedkoper worden”. De binnenwanden maken de woningen wel kleiner: zo’n vijftien centimeter aan voor- en achterkant, of je nu glaswol of doscha gebruikt. En zo’n vier centimeter bij de zijmuren als die als ‘koudebrug’ fungeren. De brandveilige schapenwol blijkt een zeer vochtregulerende werking te hebben. “Onder alle omstandigheden bleef de luchtvochtigheid in de woning binnen de 2 tot 3 procent”, zegt van Beveren.
Verder is de woning voorzien van dubbele ramen en een CO2-gestuurde warmtewisselaar-ventilatie, die de kwaliteit van de binnenlucht in de gaten houdt. Omdat aan de voorgevel niets mocht veranderen, is die ventilatie kunstig weggewerkt in de nieuwe kozijnen, die aan de buitenkant niet verschillen van de oude raamlijsten. Op het dak staat een zonnecollector voor het warm water.
Beschermd stadsgezicht
Volgens Van Beveren blijkt het niet veel duurder of onhandiger om een enkele woning op deze wijze te renoveren in plaats van een heel blok. Bij de zonneboiler loopt er gewoon een standpijp van boven naar beneden, waar later ook de andere woningen op kunnen worden aangesloten. “Bij de isolatie geldt dat bijna alle woninggevels binnen de ring beschermd stadsgezicht zijn. Dat betekent dat je aan de binnenkant, in de woning zelf, moet werken. En ventilatie kun je wegwerken in de kozijnen.”
De vloer in de proefwoning is van duurzaam FSC-hout, net als de keuken. Verder bevat de woning onder meer een zuinige HR-ketel, een‘hotfill’-wasmachine gekoppeld aan de zonneboiler, een wasdroger met warmtepomp, een A++ ijskast, vriezer en vaatwasser, waterbesparende kranen, domotica en een energiezuinig verlichtingsplan.
Over de kosten die zijn gemoeid met de verbouwing in de Nova Zemblastraat, kan Van Beveren nog niets zeggen. Uiteindelijk denkt de corporatie zo’n tien procent extra kwijt te zijn aan energiebesparingsmaatregelen. Nu wordt aan vergelijkbare portieketagewoningen bij een ‘zware’ mutatie voor zo’n 50.000 tot 60.000 euro verspijkerd.
Het is voor De Key belangrijk te weten hoeveel energiebesparing de maatregelen uiteindelijk opleveren in deze woning, die model staat voor het hele bezit uit de periode 1910-1940 van De Key, en met deze ‘gemiddelde’ huurders. En of het er ook nog prettig wonen is. “”Hoe houdt het geheel zich als er een jaar lang is geleefd, geslapen, gedoucht en visite ontvangen.” Om dat te weten wordt het energieverbruik gemonitord en houden de bewoners een logboek bij. “We zullen ze ook opdrachten laten doen.” Gestreefd wordt naar een CO2-reductie van in ieder geval veertig procent, maar mogelijk wordt zelfs tachtig gehaald.
De proeven, er volgen nog beperktere experimenten in andere woningen, moeten leiden tot een serie bewezen concepten, die relatief eenvoudig toepasbaar zijn in mutatiewoningen. Uiteindelijk moet de verhuurmakelaar van De Key kunnen bepalen welke concepten moeten worden toegepast om een woning energetisch op te schalen.
De woning in de Nova Zemblastraat is van een energielabel D naar A+ gegaan. Maar niet overal zal het hoogste niveau worden gehaald. “Daar zijn we heel reëel in. Soms gaat het niet vanwege grote raampartijen, of doordat er ook aan de binnenkant bijna niets kan worden gedaan omdat het een monument is. Soms wegen de kosten niet op tegen de geboekte energiebesparing. En we hebben ook nog andere huurders waar we voor moeten zorgen.”