Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Woonduur zegt weinig over gewildheid
 

Wie eenmaal een sociale huurwoning binnen de Amsterdamse ring heeft, geeft deze nooit meer op. En: door illegale onderhuur worden woningen binnen de ring lang uit de reguliere roulatie gehouden. Dat zijn veel gehoorde verzuchtingen in de discussie over de doorstroming op de woningmarkt en illegale bewoning. Maar klopt de veronderstelling dat sociale huurders in Centrum, de Pijp en andere geliefde gebieden krampachtig vasthouden aan hun woning? Nee, in haar algemeenheid zeker niet.

Woonduur sociale huurwoningen naar buurtcombinatie

In de kaart is de woonduur uitgesplitst naar buurtcombinatie. Het gaat om woningen van ten minste tien jaar oud; anders zou nieuwbouw de uitkomst vertekenen. De gemiddelde woonduur in Amsterdamse sociale huurwoningen is precies elf jaar. Ter vergelijking: eigenaar-bewoners blijven 9,1 jaar, particuliere huurders 11,4 en het doorsnee Amsterdamse huishouden 10,7 jaar.

De sociale huurwoningen die het kortste (6,3 jaar) worden bewoond, staan in Zuidoost. Het zijn echter niet de honingraatflats, maar ruim honderd corporatiewoningen in Nellestein (buurt T95) langs de Gaasperplas. Bijlmer-Centrum en Bijlmer-Oost doen het met respectievelijk 8,2 en 7,9 jaar een stuk beter.

Ook enkele buurten in het centrum en het chique Zuid vallen in de categorie met het grootste verloop: de Burgwallen-Oude Zijde en -Nieuwe Zijde, Grachtengordel-West, Weesperbuurt/Plantage, Museumkwartier en Duivelseiland (V50). Om veel corporatiewoningen gaat het hier overigens niet; particuliere verhuurders zijn in deze buurten veruit in de meerderheid, gevolgd door eigenaar-bewoners.

Aan de andere eind van het spectrum, met een woonduur langer dan vijftien jaar, liggen Buitenveldert-Oost en Kadoelen in Noord, en dorpse enclaves als Sloterdijk (28,3 jaar), Driemond, De Omval, Tuindorp Buiksloot en de Nieuwendammerdijk/Buiksloterdijk.

Wat opvalt is dat de bovengemiddelde woonduur nauwelijks binnen de ringweg is te vinden – afgezien van Amsterdam-Noord. In dat laatste stadsdeel en in Amsterdam-West, waar zo veel op de schop gaat, zijn de sociale huurders wel bovengemiddeld lang aan hun woning gebonden. Economische positie, familie- en etnische banden en levensfase zullen daar een rol in spelen.

Binnen de ring werkt vooral de Amsterdamse emancipatiemachine: studenten en andere jonge starters komen er in vrij kleine huizen en vertrekken weer zodra ze meer financiële armslag hebben of kinderen krijgen. Een sociale huurwoning binnen de ring wordt begeerd, maar ook vrij snel verlaten. Duidelijk is dat woonduur in Amsterdam niet zoveel zegt over gewildheid.

Bron: Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam