Defensie wil om 'strategische redenen' toch een deel van het Marineterrein behouden. Dat meldt Het Parool. Het ministerie zou gesprekken voeren om minstens de helft van het terrein te behouden. Daarmee zou Defensie terugkomen op het besluit uit 2011 om het terrein af te stoten. Sindsdien is al een groot deel opengesteld en in gebruik genomen door andere partijen. Op dat moment startte ook de planvorming om het gebied te herontwikkelen. In 2013 sloten Defensie en de gemeente een overeenkomst waarin het stapsgewijze vertrek van de Koninklijke Marine werd bezegeld. Op 1 juli zou de Marine het terrein verlaten, maar dat is niet gebeurd.
Van oudsher was het Marineterrein beschikbaar voor inzet bij calamiteiten. Defensie zou er mede vanwege terroristische dreigingen aan hechten om een vestigingsplek voor militairen in de hoofdstad te behouden. Bovendien is er een einde gekomen aan de draconische bezuinigingen, de belangrijkste reden om de basis op te geven. Volgens Het Parool wil de gemeente niet inhoudelijk reageren, maar bevestigt ze in gesprek te zijn met Defensie. Op de site van het Rijksvastgoedbedrijf wordt nog altijd vermeld dat het ministerie van Defensie "het terrein tot 2018 gefaseerd verlaat."
Bron: Het Parool - Defensie wil toch op het Marineterrein blijven