De woningproductie van de Amsterdamse corporaties in 2019 moet wethouder Ivens zorgen baren. Die loopt namelijk nog ver achter bij de streefcijfers die in de nieuwe prestatieafspraken 2020-2023 zijn opgenomen: vanaf 2020 wordt ingezet op gemiddeld 2.500 sociale corporatiewoningen per jaar. In 2019 namen de corporaties in Amsterdam 524 reguliere huurwoningen en 1.077 studentenwoningen in productie. Ondanks de sterke terugval dit jaar voldoen de corporaties aan de prestatieafspraken 2016-2019.
Bron: gemeente Amsterdam, G&O (klik voor vergroting)
Het gros van de corporatiebouw komt in 2019 voor rekening van Woningstichting De Key die meer dan 1.000 studentenwoningen in aanbouw nam in Noord en Nieuw-West. Naast de 1.077 studentenwoningen namen de Amsterdamse corporaties slechts 524 reguliere sociale huurwoningen in productie, waarvan 152 woningen voor jongeren/starters. In de vorige prestatieafspraken stond als streefcijfer een gemiddelde jaarproductie van 1.200 sociale huurwoningen, waarbij minimaal 800 'reguliere' (= incl. jongerenwoningen, exclusief studentenwoningen). De corporaties bouwden over vier jaar gemiddeld 1.490 woningen per jaar, waarvan 981 reguliere. Ze voldoen kortom aan de bouwafspraken.
Opvallend genoeg namen commerciële ontwikkelaars in 2019 geen enkel complex met studenten- of jongerenhuisvesting in aanbouw. Dat was de jaren daarvoor wel anders, met projecten als Little Manhattan, Change= en diverse grootschalige transformatieprojecten. Of hier sprake is van toevallige omstandigheden of een trend moet nog blijken. Mogelijk doen ook de strengere eisen die de gemeente stelt aan de huurontwikkeling en de servicekosten van deze doelgroepwoningen ontwikkelaars afschrikken. Er werden wel 312 reguliere sociale huurwoningen door commerciële ontwikkelaars in aanbouw genomen.