De relatie tussen energielabel en energieverbruik is in de praktijk zwakker dan in theorie. Gedrag heeft waarschijnlijk grote invloed op verschillen in energieverbruik. Dat schrijven economen van RaboResearch in een studie naar het verband tussen energielabels en energieverbruik. Maar dat zijn macrocijfers. Per huishouden scheelt goede isolatie toch wel veel, zo blijkt uit dezelfde studie: een doorsnee huishouden in een A-label woning gebruikt 34 procent minder gas dan in een woning met energielabel G. Dit verschil komt bij het huidige prijsplafond neer op zo’n 50 euro per maand.
Volgens woningmarkteconoom Stefan Groot van Rabo Research is dit verschil minder groot dan je in theorie zou mogen verwachten. "We hebben daarom gekeken naar de factoren van invloed zijn op het energieverbruik. Dat hebben we gedaan met gegevens over de kenmerken van huishoudens, woningen en het energieverbruik in 2020. (...) Daaruit blijkt dus dat er wel een verband is tussen het energielabel van een woning en het energieverbruik, maar dat de relatie met andere kenmerken veel sterker is.”
Dat een energielabel lang niet alles zegt over het energieverbruik is ook een beetje een open deur: het type en grootte van de woning en het huishouden, het gedrag van bewoners, het bezit van een elektrische auto. Het heeft natuurlijk allemaal grote invloed op het energieverbruik. Rabo stelt in navolging van eerdere studies ook dat bewoners van een energiezuinige woning minder goed letten op hun verbruik dan bewoners van een slecht geïsoleerde woning. Groot: “Je ziet dan dat ze de verwarming gemiddeld hoger laten staan, omdat ze toch al in een zuinig huis wonen."
Dat gedrag een factor van belang is, blijkt wel uit het sterk afgenomen gasverbruik vorig jaar. Korter douchen, de thermostaat wat lager zetten als je de deur uitgaat, alleen de woonkamer verwarmen. Het zijn allemaal factoren die veel invloed hebben op de energierekening.