De gemeenteraad zou op woensdag 22 juni zijn fiat geven aan de uitwerking van de Samenwerkingsafspraken tussen huurders, corporaties en gemeente. Het punt is echter van de agenda gehaald. Vorige week ontstond er bij de behandeling in de raadscommissie twijfel over de afspraken die zijn gemaakt rond de verkoop van sociale huurwoningen. Ter stemming ligt voor de Uitvoeringsovereenkomst Verkoop Sociale Huurwoningen met de afspraak om vanaf 2019 tot een dynamisch evenwicht te komen van minimaal 162.000 woningen. Voor elke woning die uit de voorraad verdwijnt, moet er dan één worden teruggebouwd. Maar volgens de oppositiepartijen GroenLinks en PvdA is niet duidelijk vastgelegd of hiermee het bestaande Convenant Verkoop dat doorloopt tot 2030 ook echt van tafel is. PvdA-raadslid Brahim Abid: "de Uitvoeringsovereenkomst loopt tot en met 2020. Wie zegt mij dat de corporaties of het nieuwe college daarna niet weer het convenant uit de kast halen. Wethouder Ivens moet zekerheid bieden dat het convenant definitief van tafel is."
De verkoop van corporatiewoningen blijft ondertussen een heet hangijzer. Hoewel de Huurdersvereniging Amsterdam eerder de Samenwerkingsafspraken ondertekende, namen de leden vorige week met algemene stemmen een motie aan waarin werd opgeroepen om per direct te stoppen met de verkoop en liberalisering van sociale huurwoningen.