Dinsdag 7 maart 2023 heeft de Tweede Kamer met een ruime meerderheid het wetsvoorstel goed verhuurderschap aangenomen. Het wetsvoorstel geeft gemeenten meer mogelijkheden om huurders te beschermen tegen misstanden. De wet voorziet in een basisnorm voor goed verhuurderschap en geeft gemeenten de mogelijkheid een verhuurvergunning te verplichten. Zo kunnen gemeenten extra eisen stellen aan de verhuurder als het gaat om het onderhoud van de woning en de maximale huurprijs van gereguleerde huurwoningen.
Wat goed verhuurderschap inhoudt wordt vastgelegd in een norm met een aantal algemene regels die betrekking hebben op het gehele verhuurproces. Het gaat om het voorkomen en tegengaan van discriminatie en intimidatie, de plicht om de huurovereenkomst op schrift te stellen en de plicht om de huurder over enkele zaken te informeren, bijvoorbeeld over de rechten en plichten van de huurder aangaande het gehuurde. Daarnaast is voor verhuurbemiddelaars een verbod opgenomen op het vragen van dubbele bemiddelingskosten.
In aanvulling op deze regels kunnen gemeenten een verhuurvergunning instellen. Dat kan voor de hele stad. Maar het is ook mogelijk om voor kwetsbare wijken extra eisen te stellen aan verhuurders. De wet is door toenmalige minister voor wonen Ollongren opgesteld. Er zijn in acht steden pilots uitgevoerd, gericht om ervaring op te doen met het aanpakken van discriminatie, slecht onderhoud, achterstallig onderhoud, te hoge huren en malafide verhuurders of verhuurbemiddeling.
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het toezicht en het handhaven van de algemene regels en de verhuurvergunning. Hiervoor krijgen zij het bestuursrechtelijke instrumentarium van waarschuwing, bestuursdwang, bestuurlijke boete en als ultimum remedium de beheerovername tot hun beschikking. Ook moeten gemeenten een meldpunt ongewenst verhuurgedrag instellen.