De huurstijging in Nederland is nog steeds veel te hoog, vindt de Woonbond. Volgens cijfers van het CBS hebben het Sociaal Huurakkoord en de lage inflatie de huurstijging in de sociale huursector gematigd. Met een gemiddelde huurstijging van 1,9% in de gehele huursector kent 2016 de laagste huurstijging in jaren.
"Een gemiddelde huurstijging van 1,9% is bij een inflatie van 0,6% nog steeds te hoog. Voor veel huurders is de huur door de enorme stijging in voorgaande jaren al onbetaalbaar geworden," meent Woonbond-directeur Ronald Paping. "Een half miljoen hurende huishoudens kan de huur eigenlijk niet opbrengen. Voor hen moet de huur omlaag. De woonbond wil dat de verhuurderheffing wordt afgeschaft, zodat corporaties meer financiële ruimte hebben om de huren te verlagen en te investeren in nieuwbouw en energiebesparing."
Bij commerciële aanbieders van sociale huurwoningen is sprake van een grotere huurstijging. De huren stegen daar gemiddeld 2,3% ten opzichte van 1,6% bij de corporaties. Door een nieuw huurbeleid kunnen de huren bij particuliere aanbieders van sociale huurwoning volgend jaar zelfs nog harder stijgen. De Woonbond is hier tegen. "Commerciële aanbieders hebben van minister Blok ruim baan gekregen om de huren te verhogen. Daar zullen ze grif gebruik van maken. Terwijl huurders hier al veel meer huur betalen voor minder kwaliteit. Dat gat wordt alleen maar groter," aldus Paping.
Omdat sociale huurders bij particuliere verhuurders een veel hogere huurverhoging kunnen krijgen, wil de Woonbond dat huurders instemmingsrecht krijgen bij de verkoop van huurwoningen door corporaties aan commerciële partijen. "Huurders hebben er nu niets over te zeggen als het dak boven hun hoofd wordt verkocht, maar mogen wel jaarlijks hogere huurstijgingen betalen. Dat deugt niet."