De noodzaak jongeren op te leiden voor de bouw is door de crisis zeker niet afgenomen. Vier organisaties sloten daarom ruim een jaar geleden een samenwerkingsovereenkomst voor toewijzing en begeleiding van leerling-bouwvakkers. Steeds meer corporaties uit de regio Amsterdam nemen bij nieuwe aanbestedingen bovendien een clausule op waarmee aannemers zich verplichten leerlingen uit de stad aan te trekken. Jonna van de Kam van Fundeon: “Wanneer de markt straks weer aantrekt heb je die jonge mensen hard nodig.”
De verplichting om bij aanbestedingen leerlingplaatsen te generen maakt deel uit van het project Social Return on Investment. In Amsterdam loopt stadsdeel Zuidoost voorop als het gaat om social return en maatschappelijk ondernemen. Maar ook in andere stadsdelen wordt in het bestek van aanbestedingen een sociale clausule opgenomen. Bij de beoordeling van offertes worden punten toegekend voor het creëren van onder meer stageplaatsen, leerwerkplekken en arbeidsplaatsen. Daardoor worden opdrachtgevers extra geprikkeld om bij te dragen aan sociale doelen. |
Bij het nieuwbouwproject Noordermare in Nieuwendam-Noord heeft Slokker Bouwgroep in opdracht van Ymere vijf leerwerkplekken gerealiseerd in het kader van het project Leerlingbouwplaatsen in Krachtwijken. De jongeren die wonen in een zogenaamde aandachtswijk gaan - waar mogelijk - werken bij nieuwbouwprojecten in hun eigen wijk.
Mounier (19) is een van de leerlingen die op nog geen vijf minuten lopen van de bouwplaats wonen. Hij vindt het wel speciaal om mee te werken aan verbetering van zijn eigen wijk. Na het VMBO te hebben afgerond begon hij acht maanden geleden als leerling-timmerman. “Ik heb bewust voor een opleiding als timmerman gekozen. Bijna alle mannen in onze familie zijn dat al generaties lang. Het leuke aan dit werk vind ik het eindresultaat: als iets klaar is heb je ook echt iets om trots op te zijn. Bovendien is het werk in de bouw heel afwisselend,” vertelt Mounier in de opzichterskeet op het bouwterrein.
Ook Jeffrey (17) woont om de hoek van de bouwplaats, waar hij sinds tien maanden als leerling werkt. Dat heeft niet alleen als voordeel dat hij minder vroeg op hoeft dan veel collega’s. De leerling-timmerman vindt het ook een leuke gedachte dat hij als hij ouder is nog eens tegen zijn familie en vrienden uit de buurt kan zeggen: “Dit heb ik helpen bouwen”. Jeffrey wilde al in groep zes van de lagere school timmerman worden. “Waarom weet ik eigenlijk niet precies, maar het bevalt me prima.”
De jongeren vinden de sfeer op de bouwplaats heel goed. “Je moet natuurlijk wel tegen een geintje kunnen en niet over je heen laten lopen, maar we krijgen veel respect van onze oudere collega’s. Ze behandelen ons eigenlijk helemaal niet als leerlingen, maar nemen ons serieus,” meent Mounier. Bang om straks geen werk te vinden door de crisis zijn de jongens niet. “Ze zullen ons hard nodig hebben wanneer we onze opleiding hebben afgerond.”
Timmerman Jan Slagter is leermeester op deze bouwplaats. Hij volgde vijf jaar geleden een cursus en heeft sindsdien al flink wat jongeren opgeleid. “En eigenlijk heb ik vooral goede ervaringen. De jongeren die ik tot nu toe heb meegemaakt zijn allemaal heel gemotiveerd. Het is voor de bouwwereld enorm belangrijk dat die jongeren worden opgeleid tot vaklieden. Als je dat nu niet doet is er over tien jaar niemand meer die bijvoorbeeld fatsoenlijk een deur kan afhangen.”
Verschillende niveaus
Ymere heeft leerlingbouwplaatsen bij projecten in Amsterdam, Leiden, Hoofddorp, Almere en Hoofddorp. Op dit moment zijn er ongeveer honderdvijftig Amsterdamse jongeren als leerling werkzaam in de bouw. Maar een klein deel daarvan is aan het werk in de hoofdstad zelf. Dat moet anders, vinden de bemiddelende organisaties en woningcorporaties. Dus neemt onder meer Ymere sinds kort in het bestek op dat bij iedere aanbesteding de aannemer verplicht is een aantal leerlingen te plaatsen, ook uit de eigen stad.
Ruud Harmsen, manager projectbegeleiding van Ymere, motiveert die beslissing: “Door de crisis zijn er momenteel weinig arbeidsplaatsen in de bouw. Daardoor is het voor jongeren moeilijk een leerplek te vinden. Op de leerlingbouwplaatsen krijgen ze nu toch de kans om een vak te leren en tegelijkertijd helpen ze mee hun eigen buurt op te knappen. Juist voor ons als opdrachtgever is het van groot belang dat we ook in de toekomst kunnen beschikken over goede vaklui.”
Fundeon is druk doende ook de Alliantie en Rochdale warm te maken voor een dergelijke regeling. De Alliantie laat al weten afspraken te willen maken met Fundeon om structureel gebruik te maken van leerlingbouwplaatsen. “Nu gebeurt dat nog op incidentele basis, zoals bij een nieuwbouwproject in de Staalmanpleinbuurt dat binnenkort start. Ook de Alliantie hecht veel waarde aan het opleiden van leerlingen in de bouw, dus we gaan er in de nabije toekomst nog harder aan trekken”, aldus een woordvoerder van de Alliantie.
Fundeon is een kennis- en adviescentrum voor het opleiden en ontwikkelen van personeel in de bouw- en infrasector. Onlangs is er een samenwerkingsovereenkomst gesloten tussen deze organisatie, WW&W (wonen en werken in de wijk) en de regionale opleidingscentra ROC en SSP Diemen. Jonna van de Kam is projectleider bij Fundeon. Zij geeft een voorbeeld van het belang van de samenwerking. “SSP en WW&W bemiddelen jongeren van verschillende niveaus. De jongeren van het SSP hebben over het algemeen weinig problemen, maar de jongeren van WW&W zijn vaak moeilijk plaatsbaar op de arbeidsmarkt en hebben intensievere begeleiding nodig. Wanneer je die twee groepen samen op een bouwplaats zet, trekken ze zich aan elkaar op. Goed gedrag kopieert zich.” Het verschil tussen de twee groepen jongeren zit ‘m ook in de beloning. Van de Kam: “SSP detacheert jongeren bij bedrijven en zij krijgen betaald volgens de bouw-CAO. De jongeren van WW&W krijgen slechts tien procent meer dan het minimumloon. Het werkt zeer motiverend om te weten hoeveel meer je gaat verdienen wanneer je ook in dienst komt van een bouwbedrijf en dus onder de bouw-CAO valt. Uiteindelijk is het de bedoeling dat de leerlingen van WW&W doorstromen naar het SSP voor een vervolgtraject of in dienst komen van het bedrijf waar ze als leerling hebben gewerkt. Negen van de tien keer lukt het de jongeren om werk te vinden bij het leerbedrijf.” Meer informatie: www.fundeon.nl |
Opleiden tegen de stroom in
Woningcorporatie De Key was ooit trendsetter onder de Amsterdamse corporaties met de Containerfabriek. Hier werden afgedankte zeecontainers met behulp van leerlingen omgebouwd tot bijvoorbeeld studentenwoningen. Maar de fabriek is gesloten. Op dit moment heeft De Key dan ook geen echte leerlingbouwplaatsen meer, maar werkt ze nog wel met stagiairs van gecertificeerde leerbedrijven bij de afdeling Service Onderhoud.
Van de Kam: “De corporaties zijn in elk geval van goede wil. Er zijn jarenlang nauwelijks leerlingbouwplaatsen in Amsterdam geweest, maar onder meer door het project Krachtwijken is het balletje weer gaan rollen. Wanneer je bij de corporaties eenmaal met de juiste mensen om de tafel zit, komt het goed is mijn ervaring. Je moet nu al vooruitkijken om de behoefte aan jonge bouwvakkers die straks weer ontstaat in te kunnen vullen. Tijdens de crisis in de jaren tachtig zijn er veel te weinig leerlingen opgeleid. Daar heeft de sector jarenlang last van gehad. Maar daarvan hebben we in elk geval geleerd dat je tegen de stroom in leerlingen moet blijven opleiden.”
De bedrijfstak heeft sinds het begin van de jongste crisis 70 miljoen euro gereserveerd voor bijscholing van volwassen bouwvakkers. Van de Kam: “Terwijl die oudere garde wordt bijgeschoold komt er plaats vrij voor leerlingen op de werkvloer. Resultaat is dat je na de crisis een behoorlijk potentieel hebt aan bijgeschoolde vaklui en aan goed opgeleide jongeren.”