Fred van der Molen gaf mij enige tijd geleden de opdracht: Winnie, denk eens na wat jullie van corporaties willen na invoeren van de woningwet op 1 juli.
Jottum, dacht ik!
De titel van mijn voordracht luidt dan ook als volgt: De corporatiesector is te belangrijk om alleen aan mannen over te laten - vrij naar Els Borst, die ooit zei: de politiek is te belangrijk om alleen aan mannen over te laten
Wat willen wij van corporaties?
De wetgever biedt gemeente en huurders meer zeggenschap over het beleid van corporaties. Zoals we allemaal weten komt dit niet uit de lucht vallen. Corporaties hebben te veel uitspattingen gehad waardoor ze financieel onder druk zijn komen te staan. Meerdere partijen zijn hier overigens verantwoordelijk voor.
Hoe dan ook, in de tussentijd werd de basistaak, beheer en goed klantcontact, een ondergeschoven kind. Tegenspraak, medespraak, oppositie of hoe je het ook wilt, is schijnbaar nodig om te zorgen dat de basistaken goed in het beleid verankerd komen en blijven. De nieuwe wetgeving is echter niet voldoende om dit mogelijk te maken. Het kan alleen wanneer corporaties hun medecreatoren (gemeente en huurders) serieus nemen.
Maar wat houdt dit serieus nemen volgens ons dan in?
Wij verwachten van corporaties dat ze huurders in een vroeg stadium betrekken bij hun besluitvorming en daarin open en transparant zijn. Ik durf de stelling aan dat hoe meer transparantie, hoe beter het beleid en minder uiteindelijk de weerstand bij huurders. De afgelopen jaren is het omgekeerde gebeurd. De transparantie was af en toe ver te zoeken en de weerstand mede daardoor op een hoogtepunt.
De afname van de woningvoorraad, de oplopende wachttijden spelen hierin een grote rol, maar zeker ook de hoge salarissen en premies van bestuurders, grote auto’s en speculaties met kantoren en landbouwgrond.
Dit brengt me vervolgens op het volgende punt: dit zijn wel typisch mannelijk / masculiene uitspattingen. Wat minder testosteron in de organisatie van corporaties kan mijn inziens geen kwaad. Dit proces is in Amsterdam inmiddels gelukkig in gang gezet.
Fred van der Molen stond namelijk enige tijd geleden enthousiast om mij heen te springen: Winnie, Winnie het wordt een vrouwenavond! Alleen maar vrouwelijke (directeur) – bestuurders die aan het woord komen! Dit is –een paradigmashift in corporatie – la – la – land!
Ik dacht: een paradigmashift? Echt? Waar heeft die man het over….
Na wat research tussen 12 en 4 uur afgelopen nacht, kom ik tot de conclusie: Fred heeft gelijk.
Op het podium achter mij zitten op dit moment twee vrouwelijke directeur – bestuurders (de hoogste baas) en een directeur. Namelijk directeur bestuurder Hester van Buren (Rochdale) en Karin Laglas (Ymere) en bestuurder Mieke van den Berg (Eigen Haard).
Ondertussen heeft o.a. ook de Key een vrouwelijke directeur Wonen, namelijk Lidy van der Schaft, net zoals Elke Heidrich (Eigen Haard), Erna van der Pers (de Alliantie). En gisteren maakte Rochdale bekend dat Rene Grotendorst wordt opgevolgd door Birgitte de Maar. De directie van Rochdale bestaat nu uit meer vrouwen dan mannen. Uniek in Amsterdam, maar ik vermoed in heel Nederland. (Op dit terrein doen we het dus goed in Amsterdam.)
Als HA kunnen we hier een voorbeeld aan nemen. Hier ben ik het enige vrouwelijke ‘uithangbord’, de rest is man (8 stuks). Dus vrouwen, jongeren, tieners, studenten: indien u geïnteresseerd bent in macht en invloed: sluit u aan bij de HA –beneden straks bij de bar. Naast de HA blijft ook Stadgenoot wat achter. Ik weet niet of Gerard Andriessen er is, maar de vraag is wanneer Stadgenoot hier natuurlijk iets aan gaat doen. Wij als HA willen hem daar wel bij helpen.
De grote vraag die u zichzelf inmiddels zult stellen is: wat loopt die dame toch te zeuren over vrouwen en corporaties?
Welnu.
Geert Hofstede, organisatiepsycholoog, die internationale bekendheid geniet op het gebied van interculturele studies, redeneert vanuit vier dimensies (Wikipedia -toch een 2.0 bron). Deze zijn machtsafstand, individualisme, masculiniteit, onzekerheid vermijding, lange – of kortetermijndenken en toegeeflijk versus terughoudendheid.
De mate van masculiniteit of feminiteit geeft aan in hoeverre waarde wordt gehecht aan traditioneel mannelijke en vrouwelijke kwaliteiten.
Mannelijke waarden zijn o.a. competitiviteit, assertiviteit, ambitie en het vergaren van rijkdom en weelde. Hiertegenover staan vrouwelijke waarden als bescheiden gedrag, dienstbaarheid en solidariteit. Dit zijn mijn inziens positieve eigenschappen die goed passen bij de doelen en werkzaamheden van woningcorporaties.
Ik heb er daarom het volste vertrouwen in dat de relaties tussen huurders en corporaties door de komst van vrouwen op topniveaus de aankomende jaren alleen maar zullen verbeteren. En huurders integraal onderdeel worden van het denken en handelen van bestuurders en directeuren.
Ik dank u wel.
Winnie Terra
Reactie toevoegen