Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Tweede verdieping
Stad soms wel 5 tot 12 graden warmer dan platteland
Aanpassen aan veranderende klimaat

Het klimaat verandert, zelfs als de wereld alle ambities uit het Parijs-akkoord verwezenlijkt. Daar kun je je dus maar beter op voorbereiden. Voor stedelijke gebieden betekent dit het nemen van maatregelen tegen de negatieve effecten van lange periodes van hitte en droogte, en van hevige regenval. Dat heeft consequenties voor de woningbouw en de gebiedsontwikkeling. 

Volgens klimaatscenario’s van het KNMI moeten we in de toekomst rekening houden met hogere temperaturen, een sneller stijgende zeespiegel, nattere winters, heftiger buien en vaker een droge zomer. Wat klimaatverandering doet met een stad was de afgelopen jaren regelmatig te merken. ‘Hittestress’ is geen fenomeen meer van zuidelijke landen, zo maakten de hittegolven van 2018 en 2019 ons duidelijk. Hete zomerdagen en hevige stortbuien zijn van alle tijden, maar de frequentie neemt toe. 
 
Temperatuurstijging speelt de stadsbewoner extra parten. Niet alleen heeft die veelal geen tuin of koele buitenruimte, maar het is gewoon op warme dagen vele graden warmer in de stad dan erbuiten. Het vele steen houdt warmte bovendien lang vast, waardoor straat en huizen na enkele hete dagen ‘s nachts nauwelijks meer afkoelen. De energiezuinige, perfect geïsoleerde moderne woningbouw blijkt daar helaas geen antwoord op. Sterker nog: juist van bewoners van dit soort woningen bereikten ons vorige zomer de nodige klachten over ‘hittestress’.
Extreme weersomstandigheden leiden ook tot financiële schade. Tijdens de droge zomer van 2018 zorgde de sterfte van openbaar groen in Amsterdam al voor een schadepost van 3,5 miljoen euro. Een dreigend probleem voor steden als Zaanstad en Amsterdam is dat lagere grondwaterstanden funderingen van woningen aantasten. Ook het toenemende aantal hoosbuien kan leiden tot materiële schade, vanwege ondergelopen straten, kelders en tunnels.

To do

Steden - de ene meer dan de andere - spelen al in op het veranderende klimaat. Amsterdam bijvoorbeeld vergroot de capaciteit van riolen, plaatst publieke watertappunten, koelt bruggen tijdens hitte, houdt al regenwater vast voor drogere periodes, legt wateropvangreservoirs aan en corrigeert grondwaterstanden. Met de in februari gepresenteerde Strategie Klimaatadaptatie wil de hoofdstad duidelijk maken dat klimaatadaptatie een vanzelfsprekend onderdeel moet worden van vele beleidsterreinen en uitvoeringsprogramma’s. 

Verstening

De klimaatverandering raakt het ruimtelijk beleid en de woningbouw. We weten dat waterpartijen en groene tuinen, gevels, daken en parken zorgen voor koelte. Maar verstening tegengaan in een stad waar om elke meter grond wordt gestreden, valt niet mee. Dat bewoners worden opgeroepen geveltuinen aan te leggen, tegels uit hun tuin te lichten en regenwater op te vangen is één ding. Maar wat doen we aan het binnenklimaat van woningen die te heet worden? Op welke schaal kunnen we meer bomen en groen in bestaande wijken brengen? Wat moet er veranderen aan de nieuwbouwpraktijk? En hoe kunnen we daken van woningen gebruiken om water op te vangen? Dit zijn vragen die ook in NUL20 de komende jaren aan de orde komen. In dit nummer maken we een begin. Allereerst verdiepen we ons in de potentie van ‘blauwgroene’ daken. Daarnaast besteden we aandacht aan de serieuze hitteproblemen in moderne woningcomplexen en wat daar aan te doen.
Fred van der Molen