Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Tweede verdieping
Woongemeenschap in ontwikkeling
Drie jaar Akropolis

In woontoren Akropolis is een wooncomplex waarin een groep ouderen met dezelfde levensbeschouwing in zelfstandigheid een gemeenschap vormen. De gebouweigenaar is de Alliantie. Hoe functioneert Akropolis nu, drie jaar later? We spreken met de voorzitter van de coöperatieve vereniging Akropolistoren, Marion Mulder.

Marion Mulder, voorzitter van de vereniging Akropolistoren

 

Akropolis wil meer locaties
Akropolis wil meer locaties
Bij één woontoren moet het niet stoppen, vindt de Vereniging Akropolis Amsterdam. In haar zoektocht wil de vereniging nu meedingen naar twee locaties voor wooncoöperaties. Lid worden van de vereniging kan via:
akropolis-amsterdam.nl .

Beheercoöperatie

Mulder: “Onze bewoners zijn verenigd in de Coöperatieve Vereniging Bewoners Akropolistoren. Onze vereniging heeft de status van beheercoöperatie. We hebben een samenwerkovereenkomst, een SOK, met de Alliantie. Daarin is onder andere vastgelegd wat we zelf doen en welke beheertaken we bij de verhuurder laten. Het leek ons bijvoorbeeld beter het schoonmaken van de trappenhuizen en het groenbeheer buiten niet zelf te organiseren.
Wij hebben taken rond technisch en sociaal beheer in eigen hand genomen. Bewoners melden bijvoorbeeld een defect of een klacht niet bij de Alliantie maar bij onze technische commissie. Indien het niet eenvoudig is op te lossen, maakt de commissie rechtstreeks een melding aan in het beheersysteem van de Alliantie.
Over het sociaal beheer: naast het ontwikkelen van allerlei plannen, die de sociale cohesie tussen bewoners onderling en met de buurt versterken, is er ook een interne klachtencommissie. Deze commissie helpt bewoners bij het oplossen van problemen in de hoop burenruzies te voorkomen. De commissie werkt zo’n beetje hetzelfde als BeterBuren: mensen met elkaar in gesprek brengen en tot afspraken komen. We worden daarin ondersteund door de sociaal beheerder van de Alliantie.”

“De samenwerkingsovereenkomst  is een levend document; zowel wij als de Alliantie leren aan alle kanten. Daartoe hebben we – naast het toch wel wekelijkse contact met medewerkers van de Alliantie - vier keer per jaar overleg met hun gebiedscoördinator. Jammer genoeg wisselt die nogal eens. We zijn al aan de vijfde. Wat we de afgelopen jaren ook merkten is dat het veel tijd kost eer de verschillende afdelingen van de Alliantie op de hoogte zijn van onze bijzondere status. We leren met zijn allen.”

Entreebeleid

“Bij de start hadden verenigingsleden voorrang. Inmiddels is het entreebeleid aan een heroverweging toe. Zo is één van de vragen die beantwoord moeten worden of we niet beter een lijst van geïnteresseerden kunnen samenstellen dan een wachtlijst. Een andere vraag is of we een maximumleeftijd voor nieuwe bewoners moeten gaan hanteren om ook termijn een spreiding van leeftijden te behouden. Hierover worden op dit moment gesprekken gevoerd met bewoners en de Alliantie.
Ons uitgangspunt is dat mensen die hier komen wonen, het humanistische gedachtegoed onderschrijven en dus respect hebben voor anderen en ieders leefwijze accepteren. Om op de wachtlijst te komen, wordt er eerst een gesprek gevoerd met de kandidaten; een gesprek om kennis te maken en elkaar te vertellen over verwachtingen en achtergrond. Als er een appartement vrij is, dan draagt de entreecommissie een kandidaat voor aan de Alliantie. Die doet onder andere nog een inkomenstoets. Overigens zijn er tot dusver slechts twee woningen vrijgekomen. In beide gevallen ging het om bewoners die ver weg een baan kregen.”

De gemeenschap

“We hebben zachte criteria: dat je openstaat om iets te doen voor de gemeenschap. Maar je wordt niet geacht elkaars mantelzorger te zijn. We hebben een paar formele commissies en werkgroepen en er zit van elke verdieping iemand in de ledenraad. Daarnaast heb je allerlei activiteitengroepjes die spontaan zijn ontstaan. Bij elkaar is er veel expertise in huis, bijvoorbeeld om onze gezamenlijke ruimte mét dakterras te ontwerpen en aan te leggen. En het stikt hier van de eet-, lees-, fiets-, wandel-, theater- en spelgroepen. Er is hier veel ontmoeting en contact, onder andere in de Torenkamer op de 15e etage. Op de begane grond zit de Buurtkamer die door de welzijnsorganisatie wordt gerund. Die is er voor de hele buurt.”

Fred van der Molen