Overslaan en naar de inhoud gaan

Woningtekort neemt verder toe, vooral door migratie

Image

Om de woningnood tegen te gaan moeten er de komende jaren nog meer huizen bij worden gebouwd dan tot nu toe uitgangspunt is van het beleid van demissionair minister De Jonge: geen 900.000 maar 981.000 nieuwbouwwoningen in periode 2022 t/m 2030. Dat komt vooral doordat de migratie hoger uitvalt. Dat blijkt uit de nieuwste Primos-prognose van ABF Research. Daarin wordt de verwachte ontwikkeling van bevolking, huishoudens en woningvoorraad geschetst. Ondertussen wordt de komende jaren juist een forse dip in de woningbouw verwacht.

In 2022 kende Nederland een exceptionele bevolkingsgroei, grotendeels het gevolg van de instroom van Oekraïense vluchtelingen. De bevolking groeide met 224.000 mensen. Volgens de prognose hebben we in 2031 110.000 inwoners meer dan eerder voorspeld. Oftewel een bevolkingsgroei in de periode 2023 t/m 2030 van 861.000 personen (+4,8%) en 601.000 huishoudens (+7,3%). 

Volgens het huidige Programma Woningbouw moeten er in de periode 2022 t/m 2030 in totaal 900.000 nieuwbouwwoningen worden gerealiseerd om de woningnood grotendeels op te lossen. Uitgaande van de nieuwe prognose en wat er tot dusver is gerealiseerd wordt de benodigde productie voor de programmaperiode nu geraamd op 981.000 nieuwbouwwoningen. Uitgangspunt van het overheidsbeleid is een tekort van 2 procent.

Naast de te verwachten bevolkingsgroei en snellere daling van huishoudensgrootte, heeft ook de voorgestelde maximering van de verpleeghuiscapaciteit invloed op de woningbehoefte. Het nieuwe beleid is dat het aantal institutionele plaatsen voor 65-plussers wordt gemaximeerd op 135.000 plaatsen. Oftewel: meer mensen zullen 'thuis' (moeten) blijven wonen, of in ieder geval buiten een instelling.