NUL20 nam een kijkje bij het eerste project.
De slechte woonsituatie in zijn geboorteland ging architect Lucien Lafour, die tekende voor onder andere de Aker, Westerpark en Zuidoost, zeer aan het hart. Hij besloot er vanuit Nederland wat aan te doen. Hij vond steun bij Het Oosten, de AWV en de toenmalige Stedelijke Woningdienst. In 2002 resulteerde dat in de oprichting van de stichting Brasa.
Jaap Ruijgers – inmiddels werkzaam bij het Ontwikkelingsbedrijf – is sinds januari 2002 projectleider van stichting Brasa. “De idee was dat wij kennis en geld beschikbaar zouden stellen om enkele woningen te bouwen. Bovendien was het plan geboren een woningcorporatie op poten te zetten, omdat dit concept in Suriname, net als in de rest van de wereld, nagenoeg onbekend is”, aldus Ruijgers. “Er is weliswaar in de jaren zestig van staatswege een Stichting Volkshuisvesting opgezet, maar die strandde op het innen van de huur en het plegen van onderhoud. Geld voor nieuwbouw is er niet. Evenmin is er een traditie voor opknapbeurten geld te reserveren.”
In Suriname werd de stichting ‘Sekrepatu’ opgericht als pendant van Brasa. Het eerste project betrof de bouw van zeventien woningen, plus een crèche en een beheerdersruimte. “Behalve de bouw hebben we samen met Sekrepatu ook heel praktische zaken aangepakt. Zoals het opstellen van een onderhoudsprogramma, het bepalen van leefregels en bijvoorbeeld het formuleren van een huurcontract. Dat laatste was minder eenvoudig dan het lijkt, omdat men in Suriname nauwelijks ervaring heeft met huurcontracten. Alle huurovereenkomsten worden één op één geregeld tussen huurbaas en huurder. Bovendien moesten de bepalingen binnen de Surinaamse wet vallen.”
Het geld voor het project kwam uit Nederland en werd in de vorm van een lening beschikbaar gesteld. Het budget was toereikend om de woningen te bouwen en het voortbestaan van de stichtingen Brasa en Sekrepatu voor een periode van vijf jaar te garanderen. Burgemeester Cohen legde in juni 2002 tijdens een werkbezoek aan Suriname de eerste steen. Tien maanden later werden de woningen officieel opgeleverd en kregen de bewoners een sleutel.
Voor de eerste 17 woningen meldden zich 300 mensen
Paramaribo
Hugo Jessurun, die als projectleider voor Sekrepatu de bouw begeleidde, is zeer te spreken over het resultaat. “Voor de eerste zeventien woningen meldden zich maar liefst driehonderd mensen. Uiteindelijk bleven er negentig kandidaten over die aan de criteria voldeden. Want het was belangrijk dat we de juiste bewoners zouden aantrekken; de potentiële huurders mochten niet te veel verdienen, maar ook niet te weinig. De huurlasten mogen niet zwaarder zijn dan 30 procent van het netto inkomen.” Er kwam een notaris aan te pas om via loting de zeventien gelukkigen aan te wijzen. Afgezien van het concrete woongenot dat voor een aantal gezinnen is gerealiseerd, had men veel aan de aanvullende expertise uit Amsterdam. “Denk aan de juridische aspecten van deze woonvorm, maar ook aan suggesties voor het efficiënt innen van de huur. Of hoe je bewonersparticipatie creëert,” aldus Jessurun. Volgens de projectleider is er niks mis met de ondersteuning uit Amsterdam. De van oorsprong koloniale relatie vormt volgens hem geen aanleiding meer tot bepaalde gevoeligheden. “We leven nu in een andere wereld en de support uit Amsterdam is zeer welkom.” Hugo Jessurun is een pragmatisch mens; hij zegt het zonder aarzeling en heeft geen moment behoefte de rol van underdog te kiezen.
Dat is ook wel begrijpelijk. Op het Ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting in Paramaribo is al ruim tien jaar geen enkele stedenbouwkundig functionaris meer werkzaam! De laatsten verlieten het land tijdens de brain drain die na 1980 op gang kwam richting..... Nederland. Sindsdien zijn commerciële ontwikkelaars de enigen in Suriname die zich nog met woningbouw bemoeien. En hun aandacht ligt niet bij woonbeleid of stedenbouwkundige context. Overigens is er zeer recentelijk in Paramaribo weer een planoloog aangesteld. Maar dan nog: één planoloog voor een stad met 220 duizend inwoners en honderden woningen op de Werelderfgoedlijst.
Lintbebouwing is in Paramaribo een beproefd concept. De huizen staan dicht op de straten, en achter de huizen ligt vaak een tuin of een braakliggend terrein. Voor het project Sekrepatu Dyari (Schilpad-hofje) is voor een geheel afwijkende opzet gekozen. “Er is nadrukkelijk gelet op de omgeving. En als indeling is gekozen voor huizen die rondom een pleintje zijn geschakeerd,” licht Jessurun toe. “Zo’n inrichting is hier nagenoeg onbekend en werd ons ingefluisterd door de mensen in Amsterdam. Behalve dat hierdoor het wijkje een extra vriendelijke uitstraling krijgt, bevordert dit ook het gevoel van veiligheid en de sociale controle.”
Kennelijk vereisen deze aspecten van het wonen ook hier, net als in Nederland, de nodige aandacht.
Mevrouw Harriette Neslo, één van de bewoonsters van Sekrepatu Dyari, is zeer ingenomen met haar nieuwe woonomgeving. “Ik voel me hier heel erg thuis. Het is een klein, gezellig buurtje en het plein is een ideale speelplek voor de kinderen.” Ook de woning bevalt haar uitstekend. Ze ervaart de indeling als opvallend praktisch, er is veel licht en de kwaliteit van de gebruikte materialen is hoger dan wat ze gewend is. Slechts na enig aandringen noemt ze een praktisch minpuntje. “Er zijn teveel shutters.” Dit zijn de glazen kantelraampjes, die kenmerkend zijn voor woningen in de Tropen. “De shutters zijn wat lastiger schoon te maken. Maar de woning blijft voor ons een lot uit de loterij.” Vroeger huurde ze een woning van iemand die in Nederland woonde. “Als de eigenaar dan besluit terug te keren, sta je een maand later op straat. Dit is de werkelijkheid voor vrijwel alle Surinamers die huren. Ik ken veel mensen die dolgraag óók bij een woningcorporatie zouden willen huren.”
De zeventien woningen zijn de spreekwoordelijke druppel op een gloeiende plaat. Dat neemt niet weg dat de stichting Sekrepatu dankzij dit project veel theoretische kennis en praktische ervaring heeft vergaard. Hetzelfde geldt voor de toeleveranciers, zoals het bedrijf dat de geveldelen en panelen voor de woningen heeft geleverd. Want in Suriname waren er geen bedrijven die ervaringen hebben met prefab. Een keukenbouwer timmerde alle elementen. “De keuze voor dit bedrijf is minder vreemd dan mensen in Nederland misschien vermoeden. Maar een keukenbouwer weet hoe belangrijk het is een vaste maatvoering te hanteren. Wil je in 5 uur tijd - want zo snel ging het - de buitengevel overeind hebben staan, dan moet alles tot op de millimeter kloppen”.
Terug in Amsterdam
Het succes van de samenwerking tussen Amsterdam en Paramaribo heeft de betrokkenen geïnspireerd meer woningen te bouwen. “In overleg met Sekrepatu zijn we bezig met een haalbaarheidsstudie voor een project aan de Kwattaweg in Paramaribo”, aldus Jaap Ruijgers. “Ditmaal gaat het zelfs om honderd woningen. Bovendien zijn er plannen even buiten de stad, nabij de oude plantage Tout Lui Faut, een complex van zestig wooneenheden te realiseren. Het gaat langzaam, de naam Sekrepatu (schildpad) is tenslotte niet toevallig gekozen. Maar voor veel gezinnen is dit een enorme verbetering. Het wordt allemaal erg gewaardeerd, en mij heeft het geleerd hoe verwend we hier in Amsterdam eigenlijk zijn.”
Robert van Weperen
Relevante links:
Stichting Brasa: www.stichtingbrasa.nl
The World Heritage List, Parimaribo: http://whc.unesco.org/sites/940rev.htm