Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Eerste verdieping
Transformatie: Zorgcentrum Saenden
‘We moeten ons meer op de buurt richten’

Wonen-ZorgZorgcentrum Saenden in Zaandam staat aan de vooravond van grote veranderingen. Het gebouw dient te worden gerenoveerd om betere intensieve zorg te kunnen bieden. Ook wil het verzorgingshuis zich als spil in de toekomstige woonservicewijk nog meer openen naar de buurt.
 

Saenden bevindt zich in het oude hart van Zaandam. Van oorsprong is het een zelfstandig verzorgingshuis met een rooms-katholieke signatuur. “Sinds 2011 maken we deel uit van De Zorgcirkel, een grote zorgaanbieder met tal van instellingen in de Kop van Noord-Holland. Vanwege de aanwezigheid van een kapel kiezen katholieke ouderen heel bewust voor verblijf bij ons”, zo verklaart Jeanette Streefland, manager zorg en dienstverlening.
Saenden biedt intensieve zorg aan een kleine honderd heel oude mensen. Gemiddeld zijn ze 89 jaar oud. Ook levert Saenden kortdurende zorg aan ouderen na verblijf in een ziekenhuis. Pal naast het verzorgingshuis bevindt zich woongebouw ’t Fluytschip met aanleunwoningen van de Zaanse corporatie ZVH. “De bewoners van deze woningen – via een loopbrug zijn we letterlijk met elkaar verbonden - en andere ouderenwoningen in de directe omgeving kunnen nu al allerlei diensten van ons afnemen. We bieden een alarmeringsservice, verlenen thuiszorg en kennen een maaltijdvoorziening aan huis. Niet op de laatste plaats staat ons gebouw open voor de buurt. Buurtbewoners kunnen via een abonnement deelnemen aan ons uitgebreide recreatieprogramma.”
De politieke keuze om ouderen langer thuis te laten wonen en alleen bij een meer intensieve zorgvraag nog een indicatie te verstrekken voor verblijf in een verpleeg- of verzorgingshuis, heeft volgens Streefland grote gevolgen voor haar instelling. “Binnen de muren van de instelling wordt de zorg intensiever. De huidige kamers zijn daarvoor onvoldoende geschikt. Om goede zorg te kunnen verlenen, hebben we behoefte aan ruimere appartementen. Het gebouw zal daarom binnen een aantal jaren moeten worden aangepast. Die aanpassing zal tevens worden aangegrepen om de zorgcapaciteit te verminderen,” zo verwacht Streefland.
Daar tegenover staat dat Saenden meer zorg zal verlenen aan thuiswonende ouderen in de buurt. ”De gemeente wordt verantwoordelijk voor de ondersteuning van ouderen. Er moeten zogeheten woonservicewijken ontstaan waarin alle aanwezige zorgpartijen met elkaar samenwerken en de (oudere) bewoners – als zij zich in eigen huis niet meer voldoende kunnen redden –een beroep op passende hulp kunnen doen. Zonder dat zij langs allerlei verschillende loketten moeten; één partij moet de regie nemen.”
De theorie is, zo vreest Streefland, vooralsnog mooier dan de praktijk. “Alle zorg- en welzijnspartijen in de wijk moeten elkaar vinden. Dat gaat niet vanzelf. Dat vraagt ook van ons dat we ons nog meer naar de buurt openen.”
Voor Streefland is het vervolgens een vraag of voldoende bereik en voldoende kwaliteit kan worden gerealiseerd. “Veel voorzieningen zijn al voorhanden, maar het is de vraag of we de mensen die dat nodig hebben ook zullen bereiken. De bewoners van de aanleunwoningen weten ons wel te vinden. Maar geldt dat ook voor die oudere meneer die een paar straten verderop woont? Wellicht moet de wijkverpleegkundige terugkeren. En dan nog. Stel dat iemand met beginnende dementie thuis blijft wonen; domotica maakt het goed mogelijk dat de voordeur gesloten blijft en mensen niet gaan zwerven. Maar vinden we dat veilige, goede zorg?”

Bert Pots