Het Amsterdams college wil af van de jaarlijkse taakstelling voor zelfbouw. Dat blijkt uit de visie 'Zelfbouwen aan Amsterdam" die op 17 januari door de gemeenteraad wordt besproken. Afgelopen zomer uitten architecten en kleine ontwikkelaars kritiek op het achterblijvende kavelaanbod en de uitvoering van het Amsterdams zelfbouwbeleid. Maar de politieke steun voor zelfbouw neemt af sinds de bouwcrisis voorbij is en de stad worstelt met een zwaar overspannen huizenmarkt.
In het actieplan woningbouw 2014-2018 gaf het stadsbestuur nog aan per jaar 500 nieuwe koopwoningen en 100 huurwoningen via zelfbouw te willen realiseren. Ook moesten er meer mogelijkheden komen voor CPO in transformatieprojecten. Maar in 2015 en 2016 werden er volgens de gemeentelijke productiestatistieken slechts 447 zelfbouwwoningen in aanbouw genomen. Afgelopen jaar bleef de teller steken bij 359 woningen. Zelfbouw in transformatieprojecten kwam met slechts 7 nieuwe woningen in drie jaar tijd amper van de grond.
Ondanks de achterblijvende resultaten wil wethouder Ivens de taakstelling loslaten, omdat inmiddels "zelfbouw een volwaardig segment is op de Amsterdamse woningmarkt", zoals in de nota is vermeld. Maarten de Boer van woningcoöperatie 4Winden bestrijdt die opvatting met een verwijzing naar de cijfers in diezelfde notitie. "In deze collegeperiode zijn jaarlijks gemiddeld maar 360 zelfbouwwoningen gerealiseerd. Dat is veel minder dan is toegezegd."
De Boer vindt de opstelling van Ivens des te merkwaardiger omdat de zelfbouwvisie allerlei voordelen van deze ontwikkelvorm benoemt, zoals de grotere sociale cohesie, architectonische variatie en diversiteit in bewoners en woningtypen. Het college wil de ontwikkelvorm de komende jaren dan ook blijven ondersteunen, waarbij vooral wordt gemikt op CPO-projecten met middeldure huur- en koopwoningen voor inkomensgroepen tot twee keer modaal.
Een pijnpunt in de visie blijft voor De Boer de in 2016 ingevoerde scheiding tussen 'echte' bouwgroepen (CPO) en initiatieven rond medeopdrachtgeverschap (MO). Architecten en kleine ontwikkelaars die verantwoordelijk waren voor het gros van de zelfbouwinitiatieven tijdens de crisisjaren, vissen daardoor achter het net. Het aanbod aan MO-kavels was en blijft gering. Ivens heeft volgens De Boer ook weinig gedaan met eerder geuite kritiek op de regelzucht van de gemeente of het verplichte CPO-register. "Er zit weinig beweging in de standpunten van het stadsbestuur."