Woningcorporaties moeten zonder belemmeringen middeldure huurwoningen met een huur tot 1.000 euro per maand kunnen bouwen. Dat is de strekking van een op 2 april aangenomen Kamermotie. Koepelorganisatie Aedes vindt dat goed nieuws. "Zo kunnen corporaties huurders helpen waarvoor nu nauwelijks geschikte huizen beschikbaar zijn." Het is overigens de vraag in welke corporaties daar gezien hun andere opgaven de middelen voor hebben.
De Tweede Kamer stemde over het wetsvoorstel Maatregelen middenhuur. Minister Ollongren wilde het daarmee voor corporaties minder ingewikkeld maken om middeldure huurwoningen te bouwen, onder andere door de zogeheten markttoets te versoepelen. De Kamer vond dat voorstel niet ver genoeg gaan. GroenLinks en coalitiepartners CDA en CU dienden samen een motie in waarin de markttoets grotendeels wordt afgeschaft voor het bouwen van huurwoningen tot 1.000 euro huur per maand. De Kamer nam zowel de wet als de motie aan.
In de overweging bij de motie stellen de indieners dat de bouw van middenhuurwoningen door marktpartijen nauwelijks van de grond komt, dat er grote behoefte is aan deze woningen en dat corporaties ze kunnen en willen realiseren, maar geremd worden door procedures.
Aedes bepleit al langer dat corporaties met gemeenten en huurdersorganisaties af kunnen spreken dat zij middeldure huurwoningen bouwen. Op plekken waar marktpartijen deze woningen niet bouwen, is het logisch het als een kerntaak van corporaties te beschouwen. Gemeenten en corporaties ervaren de huidige markttoets als complex en omslachtig. Om deze reden wilde minister Ollongren deze toets al versimpelen. In haar wetsvoorstel wordt de markttoets afgeschaft in gebieden waar de grond al in erfpacht aan corporatie is uitgegeven en in gebieden waar al minimaal 75 procent corporatiebezit (DAEB-bezit) is.
Nieuwbouw van middeldure huurwoningen kan onderdeel worden van prestatieafspraken tussen corporaties, huurders en gemeenten. Bestuurder Mieke van den Berg van Eigen Haard is daar voorstander van maar gaf in NUL20 haar aarzelingen daarbij: "We kijken wat mogelijk is, maar de financiering van dergelijke woningen is duurder dan de bouw van sociale huur op basis van WSW-geborgde leningen. We kiezen dan toch liever voor onze sociale huurders." En dan is Eigen Haard nog een van de meest draagkrachtige corporaties in de regio Amsterdam.
Vereenvoudigen blijkt overigens knap ingewikkeld. Het kabinet heeft inmiddels de minimale rendementseis voor dergelijke Niet-DAEB investeringen verlaagd naar 0 procent. Maar behalve deze wijziging in de Regeling Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (RTIV), zijn er aanpassingen nodig in de Woningwet, de Huisvestingswet, het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting en - wederom - het RTIV.