Overslaan en naar de inhoud gaan

Wet regie volkshuisvesting haalt midden in de nacht meerderheid in Tweede Kamer

Image

De Wet regie volkshuisvesting heeft vlak na middernacht in de Tweede Kamer de eindstreep gehaald, maar zonder steun van GroenLinks/ PvdA, D66, SP en Denk. Niet dat zij geen waarde hechten aan meer overheidssturing in de strijd tegen de woningnood, maar de oppositie kan niet leven met het schrappen van voorrang voor statushouders bij het toewijzen van sociale huurwoningen. ‘De solidariteit is uit de wet gesloopt en er is ontmenselijking ingeslopen’, zo verklaarde GL/PvdA-Kamerlid Habtamu de Hoop. D66-Kamerlid Hans Vijlbrief, zijn partij was tot afgelopen week misschien wel de grootste voorstander van deze wet, sprak in zijn stemverklaring van een ‘verminkt wetsvoorstel’. Ook de ChristenUnie heeft grote moeite met het schrappen van voorrang voor statushouders, maar de fractie van Pieter Grinwis stemde met ‘de neus dicht’ toch voor. 

Discriminatie

Het schrappen van voorrang voor statushouders is op initiatief van de PVV aan de regiewet toegevoegd. SGP, VVD, BBB, FVD en JA21 stemden voor het PVV-amendement. Maar de afgelopen dagen werd duidelijk, dat het amendement waarschijnlijk is strijd is met artikel 1 van de Grondwet. Mensen met een verblijfsstatus komen ook in een noodsituatie niet met voorrang in aanmerking voor een sociale huurwoning, terwijl andere burgers in vergelijkbare omstandigheden niet achteraan in de wachtrij terechtkomen. Onder meer Aedes voerde de druk op het parlement op. ‘Voorrang op een sociale huurwoning zou voor iedereen gelijk moeten zijn’, aldus de koepelorganisatie van de woningcorporaties. NSC, ook tegenstander van het schrappen van de voorrang voor statushouders, steunde de regiewet daarentegen wel. NSC-Kamerlid Welzijn verwacht dat de ongelijke behandeling van statushouders wel sneuvelt bij de rechter. 

Opstartwoningen

Ook minister Mona Keijzer erkent het gevaar van discriminatie. De BBB-minister werkt zelf aan een voorstel om de huisvesting van statushouders op een andere manier te regelen. Zij kunnen wat haar betreft een plek krijgen in zogenoemde ‘opstartwoningen’, een nieuw woonconcept waarin tijdelijke huisvesting wordt geboden aan jongeren, studenten, statushouders en spoedzoekers. Dat concept heeft grote gelijkenis met de door de Amsterdamse corporaties ontwikkelde startblokken; tijdelijke complexen op basis van fabrieksmatig geproduceerde flexwoningen waar verschillende groepen onderdak vinden. De bouw van dergelijke woongebouwen kan, aldus Keijzer, makkelijker worden gemaakt door verschillende regelingen voor de financiering van tijdelijke opvanglocaties, de bouw van flexwoningen en afspraken over woningdelen samen te voegen. Zij verwacht dat voor dergelijke woningen eerder draagvlak bestaat in de samenleving.

Flinke aanpassingen

De Tweede Kamer heeft de regiewet op het laatste moment ook nog op diverse andere onderdelen flink aangepast. Zestien amendementen haalden een meerderheid. Zo kreeg een voorstel van de ChristenUnie om woningzoekenden met minderjarige kinderen juist wél voorrang te geven voldoende steun. BBB wil dat gemeenten elkaar niet meer voor de rechter kunnen slepen vanwege woningbouwprojecten, ook dat vindt het merendeel van de Kamer. Hetzelfde geldt voor een NSC-voorstel om een maximale termijn in te stellen voordat de minister een knoop doorhakt als lokale overheden het niet eens worden over de locatie van nieuwe huizen. Op die manier kan de minister sneller ingrijpen en kunnen woningbouwprojecten sneller van start, is de overweging. Het voorstel om jonge daklozen voorrang te geven, een groep waar ook Amsterdamse woningcorporaties specifiek eerder sociale huurwoningen voor wil regelen, haalde het niet.

De Wet regie volkshuisvesting komt nog uit de boedel van toenmalig woonminister Hugo de Jonge. De wet moet zorgen voor kortere procedures, geeft de minister meer middelen om in te grijpen als het met de bouw van woningen maar niet wil vlotten en stelt de bouw van voldoende betaalbare woningen veilig.  Of dat laatste gestalte krijgt, daarover bestaat bij diverse partijen in de Kamer twijfel. Eerder werd elke gemeente eraan gehouden om in het nieuwbouwprogramma te zorgen voor dertig procent sociale woningbouw én dat twee derde van de bouwproductie moet bestaan uit betaalbare woningen. Die eis werd eerder al afgezwakt naar dertig procent sociale woningbouw per regio. In de Metropoolregio Amsterdam maakt de relatief grote sociale voorraad in onder meer Amsterdam, Zaanstad, Lelystad en Hilversum het voor omliggende plaatsen – niet zelden de woonoorden van de meer welgestelden – makkelijker om niet al te veel werk te maken van sociale woningbouw. De politiek vreest vooral dat tussen gemeenten eindeloze discussies zullen ontstaan.

Blijdschap

Aedes reageert – ondanks het schrappen van voorrang voor statushouders – met blijdschap op het beëindigen van de politieke discussie over de regiewet. “Het is een cruciale bouwsteen om sneller, meer betaalbare woningen te kunnen gaan bouwen. Ook op plekken waar nu nog niet veel betaalbare woningen staan.  Verder wordt geregeld dat beroepsprocedures bij woningbouwprojecten sneller worden doorlopen, urgent woningzoekenden in elke gemeente kans krijgen op een woning en de definitie van sociale huur wordt scherper geformuleerd”, aldus de koepel van woningcorporaties.

De gemeente Amsterdam reageert met afschuw. Volgens GroenLinks-wethouder Zita Pels van Volkshuisvesting organiseert de Kamer ellende en chaos in de asielopvang en doet het niets aan de woningnood. "Het is beschamend. Zolang ik wethouder ben, zullen wij er alles aan doen om ook statushouders mee te laten doen in de stad." [BP]