Het college in Haarlem wil dat bij nieuwe woningbouwprojecten 40 procent in de sociale sector wordt gerealiseerd. Bestuurder Anke Huntjens van Pré Wonen ziet dat als een totaal percentage voor de stad en wil het exacte aantal huurwoningen laten afhangen van de locatie. NUL20-interview over de prioriteiten van een ambitieuze corporatie in de regio.
Anke Huntjens is sinds 2016 bestuurder van woningcorporatie Pré Wonen. Daarvoor werkte zij twaalf jaar bij Ymere, onder meer als regiomanager Amsterdam-Oost, transitiemanager van het programma Ymere Vernieuwt en regiodirecteur Amsterdam-Centrum.
In een nieuwe serie belicht NUL20 de visie en opgaven van een aantal woningcorporaties die buiten de hoofdstad in de Metropoolregio actief zijn. Wat houdt hen bezig? Wat zijn hun prioriteiten? In dit eerste deel Pré Wonen, een woningcorporatie met het grootste deel van haar bezit in Haarlem. |
Anke Huntjens beschrijft haar corporatie als ‘financieel gezond’. Niet rijk, niet arm. Pré Wonen investeert jaarlijks 30 tot 35 miljoen euro in woningverbetering en nieuwbouw. “Wij laten geen geld op de plank liggen en streven bewust naar een optimale investering in fijn wonen, maar bijvoorbeeld ons energielabel is nog niet op orde. De huidige energie-index bedraagt 1,57. In 2021 daalt dat naar 1,48 en naar 1,35 in 2025. De verduurzaming van onze woningportefeuille is echter een complexe operatie. Wij hebben vrij veel portieketagewoningen. Niet alleen in Beverwijk, ook in Haarlem-Noord en Schalkwijk.”
Scheve verdeling
Het grootste deel van het bezit van Pré Wonen bevindt zich in Haarlem. Het nieuwe college wil de sociale woningvoorraad laten meegroeien met de stad. Bij nieuwe projecten geldt voortaan als norm: 40 procent sociale woningbouw, 40 procent vrije sector huurwoningen en 20 procent koopwoningen. “Ik heb geen oordeel of ik een dergelijk percentage verstandig vind. Wel is belangrijk dat we nadenken over de vraag waar een dergelijk percentage toegevoegde waarde heeft en waar niet.”
Zij verwijst in dat verband naar de scheve verdeling van de sociale portefeuille over Haarlem. “Met de politiek hebben we al eerder van gedachten gewisseld over de wenselijkheid van een ongedeelde stad. De oostkant kent veel meer sociale huurwoningen dan de westkant. We moeten dus niet rücksichtslos een percentage over de stad uitrollen; we doen er beter aan goed na te denken over de vraag waar uitbreiding van de sociale voorraad meerwaarde heeft. Misschien is op sommige plekken 80 procent sociale woningbouw wenselijk, terwijl elders 20 procent voldoende kan zijn.”
En kunnen de Haarlemse corporaties eigenlijk wel voorzien in meer sociale woningbouw? Zoals bekend is de investeringskracht van Ymere beperkt. Huntjens: “Financieel gezien kunnen wij de komende jaren wel iets betekenen als het gaat om nieuwbouw. Dat geldt ook voor Elan Wonen. Maar we hebben ook een opgave als het gaat om de verduurzaming van de bestaande voorraad en het faciliteren van de uitstroom uit de maatschappelijke opvang (vijfhonderd plekken tot 2025). Mocht de polsstok uiteindelijk te kort blijken, dan gaan we te zijner tijd op zoek naar rijkere broertjes en zusjes die ons willen helpen. Ik verwacht dat sommige corporaties daartoe bereid zullen zijn, maar we hebben op dit moment nog geen idee of en wanneer dan dat moment zal aanbreken. Vooralsnog ontbreekt het aan locaties om die woningen te realiseren.”
Gebrek aan locaties
Gebrek aan bouwlocaties speelt ook elders in haar werkgebied. “Ook in Heemstede en Bloemendaal ontbreekt het aan locaties voor sociale woningbouw. Beide gemeenten kennen geen actief grondbeleid. Bloemendaal is ook geen makkelijke gemeente. Als daar over sociale woningbouw wordt gesproken, ontstaan in buurten al snel hevige discussies. Daarover zijn we wel in gesprek met de gemeente. De huidige wethouder wil graag wat doen aan de slechte beeldvorming.”
Wat moet er in de toekomst worden toegevoegd in de regio Haarlem?
“Daarover wordt in de vastgoedwereld heel verschillend gedacht. Kortgeleden heeft RIGO een rapport gepubliceerd met een duidelijke boodschap: stop met de bouw van heel kleine woningen. Wij denken voor de komende tijd in elk geval aan de bouw van levensloopbestendige woningcomplexen. Ook kunnen we wellicht wat creatiever worden in woonvormen. Denk aan hofjes voor ouderen. Of aan complexen met extra voorzieningen om het contact tussen bewoners te bevorderen of om thuiszorg makkelijker te maken.”
Ook starters maken deel uit van de doelgroep. “We kennen pittige wachttijden, zeker in Haarlem. Ook bij ons willen ouders graag dat hun kinderen een start op de woningmarkt kunnen maken. De recente samenvoeging van de woningverdeelsystemen voor de regio’s Zuid-Kennemerland en IJmond maakt het woningzoekenden daar wel stukken makkelijker. Ze kunnen voortaan op één plek, via WoningNet, op zoek naar een sociale huurwoning in de hele regio.”
Huntjens vraagt extra aandacht voor kwetsbare huurders in reguliere huurwoningen. “Pré Wonen wil er voor die mensen zijn. Zonder meer. Wij vinden de uitstroom uit maatschappelijke opvang belangrijk. Vaak gaat de overstap naar een reguliere huurwoning goed, maar soms ook niet. Dan moeten we met het oog op het handhaven van het wooncomfort van onze gewone huurders snel kunnen schakelen. Daarom denken we aan speciale time-outvoorzieningen; plekken waar ze tijdelijk verblijven om hun leven weer op de rit te kunnen krijgen om daarna weer terug te keren naar een reguliere woning.”
Werkgebied: Beverwijk, Haarlem, Bloemendaal, Heemstede Bezit: 13.500 verhuureenheden (Haarlem 8.000, Beverwijk 3.700); veel portieketagewoningen in Beverwijk; sterk divers en verspreid bezit in Haarlem. |
Overnamekandidaat
Pré Wonen onderzoekt de wens van Woonstichting De Key het woningbezit in Zandvoort (2.500 woningen) over te doen aan een andere corporatie. Pré Wonen lijkt met een bezit van enkele honderden woningen in het aangrenzende Bloemendaal en Heemstede een logische kandidaat. Maar er zijn volgen Huntjens nog andere corporaties denkbaar: Ymere, Elan Wonen, Velison Wonen, Woningbedrijf Velsen.
“Het is altijd makkelijk om bij voorbaat NEE te roepen. Dat doen we niet. Zandvoort sluit aan op ons werkgebied. We kijken dan ook serieus naar dat bezit en onderzoeken de vraag of wij daar iets kunnen betekenen. De Key heeft overigens nog geen officiële uitvraag gedaan. We hebben nog niks gezien en het is dus nog zeker geen JA.”
Daarbij merkt Huntjens wel op dat groei geen doel op zich is. “Extra woningen moeten iets toevoegen. Pré Wonen hoeft niet per se te groeien; wij zijn groot genoeg om onze taken goed te vervullen.”