Meer sociale huurwoningen, meer huurwoningen in het midden- en vrije segment en niet op de laatste plaats meer voorzieningen. Als de komende vijftien jaar die verandering gestalte krijgt, dan kan Almere, zo meent PvdA-wethouder Paul Tang, de rol van emancipatiemachine vervullen.
Twintig jaar geleden schreef de Amsterdamse oud-wethouder Maarten van Poelgeest (Groenlinks) het boekje ‘Amsterdam & Emancipatiemachine’. Daarin betoogde hij dat Amsterdam van oudsher de stad is waar zich veel jongeren vestigen, die zich vervolgens in de stad kunnen ontplooien, ontwikkelen en emanciperen. “Die rol kan Amsterdam vandaag de dag niet meer vervullen”, aldus Paul Tang. “De wachtlijsten voor een sociale huurwoning zijn ellenlang, huurwoningen in het midden- en vrije segment zijn schaars en peperduur en nergens in het land zijn koopwoningen zo kostbaar. Veel jongeren kunnen vanwege het woningtekort of hoge woonlasten niets anders doen dan Amsterdam verlaten.”
Beter woningaanbod
Almere kan die rol wel vervullen, zo zegt de sociaaldemocratische wethouder, maar dan moet er de komende jaren wel het één en ander in zijn gemeente veranderen. Allereerst streeft Tang naar een beter en meer gedifferentieerd woningaanbod in het sociale segment. “Het huidige Almere telt slechts een sociale woningvoorraad van 26,6 procent. Of wel 24.500 woningen en dat is te weinig. Onze stad telt meer dan zestigduizend woningzoekenden. Volwassen jonge mensen wonen noodgedwongen nog bij hun ouders, simpelweg omdat zij geen kans maken op een eigen plek.” Wekelijks wordt hij geconfronteerd met schrijnende gevallen. Een alleenstaande man van 34 jaar die nog steeds bij zijn ouders woont. Of een jonge vrouw met een kindje die na een scheiding weer bij haar ouders moet verblijven in een veel te klein appartement. Hij wil het sociale segment de komende vijftien jaar verhogen naar dertig procent.
"Jonge mensen wonen noodgedwongen nog bij hun ouders, simpelweg omdat zij geen kans maken op een eigen plek"
Het te krappe sociale woningaanbod is het gevolg van decennialange woonpolitiek, van rijks- en gemeentelijk beleid. Paul Tang is niet de persoon om zijn voorgangers, zoals wijlen partijgenoot Adri Duivesteijn, zware verwijten te maken. “Wij verschillen van politieke kleur. Adri Duivesteijn was wat een sociaalliberale politicus, ik ben wat meer een klassieke sociaaldemocraat. Vergeet niet, elke tijd kent zijn eigen afwegingen. In de tijd van Duivesteijn waren woningen veel goedkoper. Toen was het niet onlogisch om werk te maken van collectief particulier opdrachtgeverschap of programma’s als ‘Ik Bouw Betaalbaar in Almere’ (IbbA). Maar ook in Almere worden koopwoningen almaar duurder. Dergelijke woningen zijn onbereikbaar voor mensen met een lager inkomen, we zullen dus een beter, en breder woningaanbod moeten realiseren.”
Voor jong en oud
Hij beschrijft Almere als de stad van ‘de binnen- en buitenlandse immigranten. “De tweede en derde generatie bewoners voelt zich Almeerder. Zij zijn hier opgegroeid en willen hier blijven. Ook hoor ik van eerste-generatiebewoners – die de stad op enig moment hebben verlaten – dat ze willen terugkeren om in de buurt van hun kinderen te kunnen wonen. Al die mensen, jong en oud, meer of minder gefortuneerd, moeten een plek in onze stad kunnen vinden.”
De komende vijftien jaar moet Almere met 46.000 woningen groeien, waarvan meer dan 17.000 woningen in de sociale sector. Om de achterstand in het sociale segment te verminderen, heeft Tang eerder dit jaar nieuwe prestatieafspraken gemaakt met de drie Almeerse woningcorporaties. GoedeStede, de Alliantie en Ymere zijn bereid de komende vijf jaar naast de bouw van 5.600 al voorgenomen sociale huurwoningen nog eens duizend extra woningen te bouwen.
"Projecten waar al lang aan wordt gewerkt en waar niet of nauwelijks sprake is van vooruitgang, komen op de rode lijst"
“De afspraken gaan verder dan alleen de aantallen. Ook de gemeente neemt zijn verantwoordelijkheid. Zo zijn er heel precieze afspraken gemaakt over het tijdstip waarop wij de bouwgrond leveren om zonder vertraging de bouw van die woningen mogelijk te maken. We denken goed na over de projecten waar we ambtelijke capaciteit voor beschikbaar stellen. Projecten waar al lang aan wordt gewerkt en waar niet of nauwelijks sprake is van vooruitgang, komen op de rode lijst als die projectontwikkelaars niet alsnog aan de slag gaan. Ze verschijnen aan mijn bureau, en soms lijkt het hen niet te deren. De grond wordt toch wel meer waard. Voordeel van die duidelijke keuze is, dat we projecten die wel kansrijk zijn eerder verder kunnen helpen. En we hebben met de woningcorporaties afspraken gemaakt over een aantal focusprojecten; samen proberen we op een slimme manier tot procesversnelling te komen.”
Bij het afsluiten van de prestatieafspraken was er nog niet de donderwolk van huurbevriezing voor een periode van twee jaar. “De keuze van de regeringscoalitie raakt de financiële mogelijkheden van onze corporaties”, aldus Tang. “Ik kan nog niet overzien wat daarvan de gevolgen zijn. Daarover moeten we met elkaar in gesprek.” Ook vindt hij het nog te vroeg om na te denken over de vraag of de gemeente extra steun kan bieden, bijvoorbeeld door verlaging van de grondprijzen.
Inbreiden
De komende tijd hoopt hij ook met institutionele beleggers afspraken te maken over de bouw van woningen in het middensegment. Corporaties spelen eveneens een rol in dat segment. De Alliantie is bereid niet alleen grote aantallen sociale huur, maar ook royaal middensegmenthuurwoningen te kopen in het project De Verbinding, 1.000 goeddeels betaalbare woningen op de locatie van het voormalige Leaseplan-kantoor aan de rand van het centrum. Zo’n bouwplan past, aldus Tang, bij de groeistrategie die hij voor ogen heeft: niet alleen maar altijd uitbreiden, de geschiedenis van Almere, maar ook inbreiden. “We hebben een centrumgebied met relatief veel voorzieningen maar met betrekkelijk weinig bewoners. Daar moeten we woningen toevoegen, inbreiden is goed voor de levendigheid. We hebben ook de ruimte om te verdichten in onze stationsgebieden. En elders in de stad biedt inbreiden mogelijkheden om heel eenzijdig samengestelde wijken een andere samenstelling te geven.” Tang verwijst naar Almere-Overgooi, een relatief dun bebouwde villawijk. “We hebben daar de ruimte om extra woningen te creëren en ik kies daarbij vanwege de woningnood voor sociale woningbouw.” Buurtbewoners ontpoppen zich tot felle tegenstanders, maar dat brengt hem niet van de wijs. “Ongetwijfeld zal er veel en lang tegen onze plannen worden geprocedeerd, maar het belang van meer sociale woningbouw gespreid over de stad is groter.” Bestaande wijken zijn niet alleen soms te eenzijdig, het voorzieningenaanbod is er ook niet op orde. “Almere hoort bij de top 10 van Nederlandse steden, maar onze voorzieningen zijn onvoldoende. Ook op buurtniveau. Waarom heeft Almere-Poort geen voetbalvereniging? Heel simpel, bij de ontwikkeling van de wijk is daar geen ruimte voor gereserveerd. Dat is geen exclusief Almeers verschijnsel, Amsterdam-IJburg kent ook zijn tekortkomingen, maar we moeten op dat vlak wel iets ondernemen.”
"Bestaande wijken zijn niet alleen soms te eenzijdig, het voorzieningenaanbod is er ook niet op orde"
Uitbreiden hoort bij Almere. De plannen voor Almere-Pampus wachten op duidelijkheid over de aanleg van een nieuwe verbinding door het IJmeer. “De groei van de stad, waar we al die woningen ook zullen bouwen, maakt het zonder meer noodzakelijk de infrastructuur drastisch te verbeteren.” In de Tweede Kamer, ook D66 maakte er gewag van in haar ambitieuze woonplan, duikt de laatste tijd de suggestie op om de Eemvallei aan te wijzen als grootstedelijke bouwlocatie. Tang is, anders dan zijn voorgangers, niet pertinent tegen. “In Oosterwold 2, het gebied tussen Almere en Zeewolde, is enorm veel ruimte beschikbaar voor woningbouw, maar doe één ding niet: maak geen aparte gemeente Eemvallei.”
Paul Tang (58) is econoom en beroepspoliticus. Van 2007 tot 2010 was hij namens de Partij van de Arbeid lid van de Tweede Kamer. En van 2014 tot 2024 streed hij als lid van Progressieve Alliantie van Socialisten en Democraten (S&D) in het Europees Parlement voor een beter en eerlijker Europa. Sinds een klein jaar is hij – na het tussentijdse vertrek van de ChrstenUnie uit het college – in een coalitie van PvdA, D66, SP, Partij voor de Dieren, GroenLinks, Leefbaar Almere en CDA wethouder Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ontwikkeling, Grondbedrijf, Omgevingsvisie, Omgevingsplan, Omgevingsvergunningen en Sport. |