Een vast huurcontract wordt vanaf 2024 weer de norm. De Tweede Kamer heeft dinsdag ingestemd met het initiatiefvoorstel daarover van PvdA en ChristenUnie. Het grootschalige gebruik van huurcontracten voor een of twee jaar hoort daarmee weer tot het verleden.
Tijdelijke huur mag alleen in een beperkt aantal gevallen. Wie gaat samenwonen, mag het eigen huis onder bepaalde voorwaarden tijdelijk verhuren. Als de nieuwe relatie slaagt en het huis alsnog wordt verkocht, kan de huur worden opgezegd. Een andere uitzondering betreft eigenaren die hun huis tijdelijk willen verhuren, totdat er eerstegraads bloedverwanten (kinderen of ouders) in trekken. Verder voorziet het voorstel in tijdelijke verhuur, als iemand tijdelijk in het buitenland gaat werken of studeren.
Na een tumultueuze behandeling, VVD en CDA toonden zich aanvankelijk voorstander van drastische verruiming van de mogelijkheden voor tijdelijke verhuur, schaffen PvdA en CU het standaardgebruik van tijdelijke huurcontracten voor zelfstandige woonruimten af. Daarmee krijgen huurders weer dezelfde zekerheden als voor 2015, de invoering van de wet doorstroming huurmarkt door toenmalig minister Stef Blok.
De initiatiefwet gaat over zelfstandige woonruimte. Een Kamermeerderheid steunt ook het voorstel van D66 en SP om de wet uit te breiden naar studentenkamers. Tijdelijke contracten voor uitwisselingsstudenten en campuscontracten blijven wel mogelijk.
|