Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Rommelig Oosterdokseiland wordt hip stukje Amsterdam
Een nieuwe binnenstad aan het IJ

Volgend jaar gaat het Oosterdokseiland naast het Centraal Station op de schop. Met een mix van kantoren, winkels, horeca en appartementen moet het in 2009 een levendig stukje binnenstad zijn geworden. Grote publiekstrekkers zijn de nieuwe openbare bibliotheek, het conservatorium en de zonnige zuidkade met zijn winkels en terrassen. Zorgen zijn er nog wel over de sociale veiligheid van de hoofdverkeersroute. Ook is het programma minder ingewikkeld gemaakt.

 

Oosterdokseiland:

het programma
Totale ontwikkeling: circa 200.000 m2 bvo, waaronder:

75.000 m2 kantoren

8.000 m2 Europees/Aziatisch handelscentrum

12.500 m2 winkels/horeca

30.000 m2 leisure, waaronder hotel/congrescentrum

43.000 m2 cultuur, waaronder bibliotheek en conservatorium

280 - 300 woningen

1.200 - 1.500 parkeerplaatsen

Het is nog niet zo lang geleden, dat af en aan rijdende PTT-busjes de sfeer op het Oosterdokseiland bepaalden. Amsterdams belangrijkste postdistributiecentrum lag nog niet in Sloterdijk, maar pal naast naast het Centraal Station. Na de verhuizing van het inmiddels tot TPG omgevormde bedrijf werd het stiller op de kade. Alleen Amsterdammers die hun brieven ‘s avonds nog wilden posten, kwamen naar het overgebleven postkantoor gereden. Pas als een buschauffeur zijn toeristen op de kade loste, werd het voor even weer gezellig druk.



Als de dromen van projectontwikkelaar MAB en Bouwfonds Property Finance uitkomen, zal over een jaar of zeven deze rommelplek zijn omgetoverd in een nieuw en hip stukje binnenstad. Dan staat er voor 200 duizend vierkante meter aan nieuwe kantoren, winkels, café-restaurants, hotelkamers en appartementen op de kade. De Chinese gemeenschap rond de Nieuwmarkt heeft dan eindelijk haar vleugels kunnen uitslaan met een Europees-Aziatisch handelscentrum. De openbare bibliotheek is met haar literair theater en 750 internet-pc’s het grootste multimediacentrum van de stad geworden. Conservatoriumstudenten kunnen hun talent bewijzen in state-of-the-art oefenruimten of buiten in de zon rondhangen op Amsterdams nieuwste flaneerboulevard met terrassen en aanlegsteigers. Meer dan een half miljard euro is dan door de initiatiefnemers in het project gestopt.

‘Turnkey’ oplevering

Voordat het zover is, moet er nog veel gebeuren. Het oude distributiecentrum van TPG moet worden gesloopt, de hotelboot gaat naar Noord en chinees restaurant Sea Palace krijgt tijdelijk een andere ligplaats. MAB organiseert de sloopwerkzaamheden en het bouwrijp maken van het eiland zelf, evenals de inrichting van de openbare ruimte. Anders dan gebruikelijk besloot het bedrijf immers al vroeg in de grondexploitatie te stappen en eigenaar van het onroerend goed te worden. Amsterdam heeft eerder bij woonwijk De Meer slechte ervaringen opgedaan met het turnkey opleveren van bouwprojecten. Ook in IJburg hebben ontwikkelaars uiteindelijk afgezien van deze constructie. Desondanks ziet Pierre van Rossum, gemeentelijk projectleider voor de Zuidelijke IJ-oevers, hierin bij het Oosterdokseiland geen probleem.



Van Rossum is juist erg enthousiast over de ambities van MAB voor dit vergeten stukje Amsterdam. Vooral voor de stedenbouwkundige structuur en sterke relatie met de binnenstad heeft hij veel waardering. Er zitten dan ook een aantal bijzondere kanten aan de plannen. Zo zal de dichte bebouwing op het eiland worden doorsneden met dwarsstraten die vanuit het Oosterdok over het gebied uitwaaieren. Het eiland volgt daarmee de radialenstructuur die kenmerkend is voor de 17e eeuwse grachtengordel. Ook wordt voorkomen dat de bebouwing vanuit de stad een gesloten front gaat vormen. Verder krijgt het eiland een fraaie skyline, die licht gebogen vanaf het Centraal Station tot aan het TPG-kantoor oploopt van 24 tot 47 meter. De gebouwen lopen ook vanaf het Oosterdok naar het spoor langzaam op, zodat bewoners van de penthouses en kantoren aan het spoor uitkijken op zowel het IJ als de binnenstad.

Flaneren en rondhangen

Een verhaal apart wordt het waterfront aan het Oosterdok. Op het zuiden gelegen moet dit dè flaneerboulevard bij uitstek worden, met terrassen, winkels, steigers en twee grote pleinen. Naast een fietspad richting de Oostelijke Handelskade komt er wel een autostrook te liggen, maar de hoofdontsluiting voor het verkeer loopt via een tweebaansweg tussen de gebouwen en het spoor. Vanaf deze weg zijn de parkeergarage en entrees van de kantoren en het hotel goed bereikbaar. Voor Van Rossum is die spoorstraat ook meteen zijn grootste zorg. Hoe voorkom je dat zo’n weg aan de achterkant van de gebouwen uitgroeit tot een unheimische plek met ongewenste bezoekers? Dat de gebouwen gedeeltelijk over de straat heen hangen, maakt de situatie alleen maar lastiger. Projectleider Josja van der Veer van MAB wijst de suggestie van sociale onveiligheid resoluut van de hand. “Die overkraging zit pas op vijftien meter hoog. Bovendien zorgen de kantoorentrees en geplande gemakswinkels als stomerijen en autoverhuurbedrijven voor heel veel drukte op straat.”

 

Woongroep voor Chinese ouderen
Op het Oosterdokseiland wordt dadelijk niet alleen gewerkt en gestudeerd, maar ook gewoond. In de plannen is ruimte vrijgemaakt voor zo’n driehonderd appartementen, waarvan er 89 in de sociale huursector vallen. Een derde deel van deze laatste groep wordt geclusterd in een woongroep voor Chinese ouderen. De ontwikkelaar van het plan is woningcorporatie Het Oosten, die eerder op het Mercatorplein voor Turkse ouderen een soortgelijk project heeft opgezet. Volgens projectleider Albert Ravesteijn gaat het om dertig ruime tweekamerwoningen die per drie op een verdieping met een lift worden ontsloten. “Er komt een gemeenschappelijke ruimte bij, waarin kan worden gekookt en samen gegeten. In die cultuur is dat erg belangrijk.” De bewoners worden geselecteerd uit een grote groep oud-ondernemers, die zich eerder had opgegeven als belangstellenden voor het project.

Om de veiligheid in het gebied te vergroten is onlangs wel besloten om van de semi-openbare binnenhoven afgesloten tuinen en pleinen te maken. Het is niet de enige aanpassing van het oorspronkelijke plan geweest. Een verhoogde voetgangersbrug tussen het station en het eiland werd geschrapt om het project beter beheersbaar te maken. Om dezelfde reden werd de vergaande functiemenging met soms wel vier verschillende programma’s in één gebouw teruggebracht naar beter hanteerbare proporties. Toch vraagt het coördineren en aansturen van de twaalf (!) verschillende architectenbureaus nog altijd veel tijd en organisatietalent.

Eenvoud gewenst

Binnen de gemeente is inmiddels de prioriteit verschoven van prestigieuze maar ingewikkelde projecten naar het halen van voldoende woningbouwproductie. Van Rossum ziet het plan voor het Oosterdokseiland dan ook als een typisch product van de jaren negentig. “Meervoudig ruimtegebruik was het leidend principe. Maar het is ongelooflijk moeilijk en duur om het in praktijk te brengen.” Van der Veer is het daar niet mee eens en zou morgen een dergelijk plan op dezelfde manier in elkaar zetten. “De complexiteit heeft niets te maken met de tijdgeest, maar alles met de locatie. Een binnenstad vraagt nu eenmaal om een andere aanpak dan een Vinexlocatie in het buitengebied.”



Beide projectleiders geloven in de potentie van het gebied. Zo verwacht Van Rossum dat de kaden en steigers dadelijk gebruikt gaan worden voor manifestaties en evenementen. “De Uitmarkt in 2010 moet op deze plek toch kunnen.” Van der Veer droomt al van de verhuizing van het Prinsengrachtfestival naar het eiland. “In het Oosterdok is plek genoeg voor honderden bootjes.” Beiden zijn ook niet bang dat met de ontwikkelingen op de zuidkant de De Ruyterkade aan de noordzijde aan zijn lot wordt overgelaten. “Ook daar worden volop nieuwe kantoren ontwikkeld”, aldus Van Rossum. “De komst van Euronext op de kade blijft nog onzeker, maar onder het viaduct van de IJ-tram gaat Woningbedrijf Amsterdam kleinschalige bedrijfsruimten en horeca ontwikkelen. De grondprijzen schieten daar nu al de hoogte in, dus de markt heeft volop vertrouwen in die plek.”

Jaco Boer

Meer info over de projecten op de Zuidelijke IJ-oever: www.ijoevers.nl