Overslaan en naar de inhoud gaan

Nieuwe regels voor berekening servicekosten naar Tweede Kamer

Image

Een nieuwe limitatieve lijst moet verhuurders en huurders duidelijkheid geven wat wel en niet aan servicekosten in rekening mag worden gebracht. Dat is de kern van een wetswijziging die minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) naar de Kamer heeft gestuurd. Kosten voor het gebruik van een fitnessruimte zijn bijvoorbeeld geen servicekosten. Ook krijgen de huurders de mogelijkheid om gezamenlijk een zaak aanhangig te maken bij de Huurcommissie. De nieuwe regels gaan naar verwachting in 2025 in.

Servicekosten zijn kosten die bovenop de huurprijs van een woning komen. Deze kosten moeten direct te maken hebben met wonen, bijvoorbeeld kosten voor de schoonmaak van de gezamenlijke ruimte en werkzaamheden van een huismeester. De verhuurder moet de huurder eenmaal per jaar een afrekening van de gemaakte servicekosten geven; er mag geen winst worden gemaakt via/op de servicekosten. De nieuwe 'limitatieve lijst' moet duidelijkheid geven over wat als servicekosten in rekening mag worden gebracht. Waar nodig komen er vaste formules of berekeningen voor bepaalde soorten servicekosten, aldus de minister. Het moet bovendien eenvoudiger worden om het voorschot voor de servicekosten te laten toetsen.

Dat er behoefte is aan meer duidelijkheid over de servicekosten blijkt ook uit het jaarverslag van de Huurcommissie. In 2023 ontving de Huurcommissie ruim 3.800 zaken over servicekosten, 1.500 meer dan in 2022, een stijging van 60 procent. Belangrijk daarom is dat huurders straks eenvoudiger gezamenlijk een uitspraak van de Huurcommissie kunnen vragen. Dat is nu niet zo. Daar liep Stichting !Woon bijvoorbeeld tegen aan bij de vele procedures tegen verhuurder/gebouwbeheerder Change=. Tjerk Dalhuisen van Stichting !Woon ondersteunt de huurders: "Omdat Change= een gezamenlijke procedure weigerde, waren we verplicht voor elke huurder én voor alle jaren een zaak te starten. Dat levert dus zeeën aan procedures op bij de Huurcommissie."
Change= heeft zijn complexen verkocht, De huidige eigenaren hebben inmiddels ook de beheerovereenkomst met Change= opgezegd (ook daarover lopen nog rechtszaken). Dat laat onverlet dat er nog honderden procedures tegen de voormalige beheerder lopen, zowel tegen de hoogte van de servicekosten als van de zogeheten communitykosten (dienstenovereenkomst). Dalhuisen: "Om een beeld te geven. Ik heb net een lijst klaar met gegevens van en aanvragen voor alle 468 huurders die binnenkort procederen tegen die dienstenovereenkomst."

Stap voorwaarts, maar... 

Dalhuisen noemt het wetsvoorstel een stap voorwaarts, maar is niet helemaal tevreden. "Huurders kunnen straks dan wel gezamenlijk naar de Huurcommissie stappen, maar een uitspraak geldt alleen voor hen en niet voor de andere huurders in hetzelfde complex. Ons voorstel was dat als een huurderscommissie een zaak voorlegt aan de huurcommissie de uitspraak geldt voor alle betrokken huurders." 

Dalhuisen denkt ook niet dat de limitatieve lijst en de 'vaste formules' voor onkosten alles oplost. "Veel kwesties waar veel discussie over gaan, aan juist op die lijst. Neem bijvoorbeeld de kosten voor een huismeester. Vaak doet die ook zaken die niet direct met het wonen te maken hebben, zoals bezichtigingen of het ondertekenen van contracten. Zulke werkzaamheden mogen volgens ons niet ten laste komen van huurders." En vaste formules om de hoogte van bepaalde  servicekosten te normeren, gaan volgens hem niet werken. "Elk pand is weer anders. Dat biedt altijd ruimte voor discussie."  

Fred van der Molen