Huurders van Ymere die ook in het bezit zijn van een koopwoning worden mogelijk gedwongen de sleutels van hun sociale huurwoning in te leveren, zo heeft de Amsterdamse corporatie bekendgemaakt. Deze aankondiging volgt na de uitspraak van Rechtbank Amsterdam afgelopen week dat een kleine particuliere woningbelegger zijn sociale huurwoning in Amsterdam Oost moet verlaten, omdat deze man ook in één van zijn eigen woningen zou kunnen gaan wonen. De maximale beschikbaarheid van goedkope corporatiewoningen weegt volgens de rechtbank zwaarder dan het beroep op huurbescherming. “Huurbescherming heeft niet tot doel diegenen te beschermen, die geen of minder bescherming behoeven”, aldus de kantonrechter.
De zaak draait om een freelance-taaldocent. Hij huurt ruim tien jaar een sociale huurwoning van Ymere. Bij de toewijzing van de woning in 2014 was er geen vuiltje aan de lucht en voldeed hij aan alle voorwaarden, zoals een lager inkomen. In de jaren daarna ontpopte hij zich met geleend geld tot kleine woningbelegger en kocht hij enkele woningen in Amsterdam Zuidoost en Nieuw-West specifiek voor de verhuur. Thans bestaat zijn portefeuille uit twee woningen, een derde woning werd door hem alweer verkocht. Hij betaalt aan Ymere minder dan vijfhonderd euro huur, terwijl hij volgens de corporatie ruim het zesvoudige aan huurinkomsten heeft.
De corporatie betoogde tijdens de zitting december vorig jaar ‘het onverteerbaar te vinden dat iemand zich door de samenleving laat sponsoren met een goedkope huurwoning, terwijl hij zelf met onduidelijke huurcontracten kwetsbare huurders ontzettend veel geld uit de zak klopt. Die mensen kunnen vanwege gebrek aan vrijkomende sociale huurwoningen geen kant op, terwijl de huisbaas een voor die doelgroep geschikt huis vasthoudt’. De advocaat van Ymere benadrukte daarbij dat corporaties er niet zijn om mensen te huisvesten die zichzelf kunnen redden op de woningmarkt en dus geen sociale huurwoning nodig hebben.
Dringend eigen gebruik
De rechtbank stelt Ymere in gelijk wat betreft het beroep op beëindiging van de huurovereenkomst op grond van dringend eigen gebruik. Het belang van een toegelaten instelling om een maximaal aantal woningen beschikbaar te hebben voor mensen met een lager inkomen weegt zwaar mee in het oordeel. “Dit zijn veelal mensen die al lang op de wachtlijst staan. Door hen die aan de beurt zijn een sociale huurwoning aan te bieden, handelt Ymere volgens haar doelstelling en zorgt zo voor een rechtvaardige verdeling van de krappe woningvoorraad.” Dat belang weegt volgens de kantonrechter zwaarder, dan het belang van de huurder om zijn relatief goedkope huurwoning te behouden. “Hij hoort niet meer tot de doelgroep die niet in de eigen huisvestingsbehoefte kan voorzien, omdat hij over twee woningen beschikt”, aldus de rechter. Het verweer van de huurder dat hij bij het opzeggen van de huurovereenkomst op straat belandt, treft volgens de rechter evenmin doel. De man kan in één van zijn eigen woningen onderdak vinden.
De kantonrechter onderscheidt de situatie van de huurder nadrukkelijk van 'scheefhuren'. Het bestaan van een inkomensafhankelijke huurverhoging maakt dat een beroep op dringend eigen gebruik niet voor de hand ligt. Ook een huurder met veel vermogen kan volgens hem niet op een lijn met het bezit van koophuizen worden gezet, omdat in de sociale huursector geen sprake is van een vermogenstoets. Het inkomen van de huurder, de omvang van zijn vermogen of de eventuele overwaarde spelen in deze zaak daarom geen rol.
Huurwoningen terugvragen
De huurder kan nog beroep aantekenen tegen de uitspraak. De uitkomst van deze rechtszaak is een persoonlijk succes voor bestuursvoorzitter Erik Gerritsen. Hij maakt al langere tijd bezwaar tegen het innemen van schaarse, goedkope huurwoningen door mensen die zelf in hun woningbehoefte kunnen voorzien. Dit vonnis kan, aldus Gerritsen, gevolgen hebben voor andere sociale huurders met koopwoningen. “Met dit vonnis in de hand gaan we onderzoeken of er bij ons meer van dit soort kwesties spelen; ieder huis dat vrijkomt voor een woningzoekende die daar zo lang op wacht is één. We zullen als het niet anders kan ook die sociale huurwoningen terugvragen via de rechter.” Ymere benadrukt dat iedere kwestie zorgvuldig wordt afgewogen.
Eerder is door het Kadaster becijferd dat in Amsterdam duizend huurders beschikken over koopwoningen. Onduidelijk is of het terughalen van corporatiewoningen alleen aan de orde is bij woningbeleggingen, of dat Ymere ook eigenaren van bijvoorbeeld recreatievastgoed of koopwoningen in het buitenland zal manen tot het inleveren van de huissleutels.[BP]
(tekst is zondag 30 maart 20.36 uur aangevuld)