De gemeenteraadsverkiezingen leefden in december nog niet echt, maar de grootste Amsterdamse partijen hadden hun programma naar buiten gebracht. Wat willen zij met de betaalbare huursector en wat willen zij van de woningcorporaties?
VVD: 25% sociaal D66: 30% sociaal GroenLinks: 45% sociaal PvdA: 40% sociaal |
Claire Martens (VVD): ‘De corporaties mogen meer woningen verkopen‘ |
Rutger Groot Wassink (GroenLinks): ‘De gemeente moet corporaties meer achter de broek zitten‘ |
Sofyan Mbarki (PvdA): ‘De gemeentelijke eisen moeten eenduidiger worden’ |
Reinier van Dantzig (D66): ‘Onze prioriteit ligt bij woningbouw voor het middensegment’ |
Aan de Amstel ontbreekt het niet aan mooie woorden. ‘We moeten volkshuisvesting weer voorop stellen’, schrijft de PvdA. ‘Wonen is een grondrecht dat voor iedereen beschikbaar zou moeten zijn’, zo luidt de overtuiging van GroenLinks. Voor D66 geldt dat ‘je alleen Amsterdammer kan zijn, als je hier een huis kan vinden’. En ‘de Amsterdamse woningmarkt moet werken voor iedereen’, valt in het verkiezingsprogramma van de VVD te lezen.
Maar Claire Martens, de nieuwe lijsttrekker van de VVD, laat er geen misverstand over bestaan. “We hebben veel meer corporatiewoningen, dan Amsterdammers die ervoor in aanmerking komen. De corporaties mogen wat ons betreft een veel groter deel van hun woningvoorraad verkopen.” Wat de VVD betreft krijgt iedereen die al vijf jaar een gereguleerde corporatiewoning huurt het aanbod om de woning tegen een aantrekkelijke prijs te kopen. Ook verlangen de liberalen dat de corporaties hun verhuuractiviteiten in de vrije sector beëindigen. “Voor ons is een dergelijk woningaanbod geen kernactiviteit van corporaties. Ook die woningen mogen aan de huidige bewoners worden verkocht, zodat meer mensen via een eigen woning vermogen kunnen opbouwen.”
Vergroten bouwproductie
Die verkoopopbrengsten kunnen, zo redeneert Martens, worden gebruikt voor nieuwe sociale woningbouw. Bijvoorbeeld voor de bouw van meer studentenwoningen. De corporatie-inspanning kan wat haar betreft beperkt blijven tot twintig procent van het stedelijke nieuwbouwprogramma. Wel ziet de VVD de totale bouwproductie graag opgeschroefd naar 10.000 woningen per jaar. “Bij een dergelijke groei houden we de corporatieproductie op peil.”
D66 hanteert een soortgelijke rekenmethode. De sociale nieuwbouwproductie kan wat de Democraten betreft worden verlaagd naar dertig procent, maar door ophoging van het bouwprogramma naar negenduizend woningen per jaar blijft de corporatie-inzet nagenoeg ongewijzigd. “Maar onze prioriteit ligt bij woningbouw voor het middensegment. We willen relatief meer woningen in het middensegment toevoegen, niet alleen huurwoningen, maar ook betaalbare sociale koopwoningen”, aldus Reinier van Dantzig. Hij is voor de tweede keer de lijsttrekker en ambieert het wethouderschap van Wonen.
Gelijke behandeling
Groei van het middensegment telt ook zwaar bij GroenLinks. De leden wensten bij de vaststelling van het verkiezingsprogramma de sociale sector niet anders te behandelen dan het middensegment; elk segment is goed voor 45 procent. In het conceptprogramma was nog sprake van een verdeling van veertig procent sociaal en vijftig procent in het middensegment. “De gemeente kan een verdeling met slechts tien procent dure huur- en koopwoningen wel dragen”, meent Rutger Groot Wassink. Hij is voor de derde keer lijsttrekker. “Wonen is naar onze mening te vaak in handen van het grote geld. We willen naar minder markt en een groter gereguleerd (midden-) segment en dat heeft consequenties voor de opbrengsten van het Grondbedrijf. Dat kan niet anders.”
Tegenvallende prestaties
Groot Wassink is kritisch over de prestaties van de Amsterdamse corporaties in de afgelopen jaren. “Corporaties moeten meer leveren. De afgelopen jaren hebben ze onvoldoende gepresteerd, niet alleen wat betreft nieuwbouw maar ook op gebied van verduurzaming van de bestaande woningvoorraad. De gemeente moet corporaties meer achter de broek zitten.”
Sofyan Mbarki: "De gemeentelijke eisen moeten eenduidiger worden de huidige fractievoorzitter van de PvdA in de Amsterdamse gemeenteraad en de nummer twee achter lijsttrekker Marjolein Moorman, vindt de opbrengst evenmin voldoende, maar kijkt ook naar de gemeente zelf. “We moeten met elkaar in gesprek over al die eisen die de gemeente stelt; die moeten eenduidiger worden. Zo kunnen we voorkomen dat voor elke locatie eindeloos moet worden onderhandeld. Samen moeten we de bouw van woningen versnellen.. Meer betaalbare en betere woningen, daar gaat het om; alleen die uitkomst telt.”
Doorstroming bevorderen
Niet alleen uitbreiding van de woningvoorraad kan helpen de nood te verminderen. Ook de doorstroming moet worden bevorderd. Of zoals Van Dantzig zegt: “Kansen voor meer beschikbare woningen voor jongeren, gezinnen en starters liggen niet alleen in nieuwbouw, maar ook in doorstroming.”
De PvdA valt hem bij. “Wij zien dat slechts tien procent van de gezinswoningen van corporaties door een gezin wordt bewoond. Anderzijds wonen veel gezinnen in te kleine woningen. Daar moeten we iets aan doen”, aldus Mbarki.
Claire Martens verwacht heil van intensievere fraudebestrijding om meer woningen vrij te spelen: “Voor ons is het onacceptabel dat er mensen in de stad zijn die een sociale huurwoning bewonen, terwijl zij in binnen- en buitenland vastgoed aankopen.”
Bij andere partijen is de blik meer gericht op het aanmoedigen van senioren om te verhuizen. “In samenspraak met corporaties moet een passend aanbod voor ouderen worden ontwikkeld”, zo schrijft GroenLinks. Verhoging van verhuiskostenvergoedingen kan volgens Groot Wassink het gebruik van doorstroomregelingen ondersteunen.
Stijgende energieprijzen en groeiende ‘energiearmoede’ inspireren de politiek - van VVD tot GroenLinks - om eisen te stellen aan verbetering van de bestaande corporatievoorraad. Mbarki is heel expliciet. “Wij willen dat corporaties de woningen met het laagste energielabel sneller aanpakken. Wat ons betreft geldt voor alle verhuurders in 2030 minimaal label B.” De gemeente moet, aldus de PvdA, corporaties ondersteunen met het opstellen van verduurzamingsplannen. Ook moeten wat hem betreft bestaande subsidiemogelijkheden worden voortgezet.
Opkopen corporatiewoningen
Om corporaties bij hun zo kostbare bouw- en verbeteropgave te helpen, pleit GroenLinks voor de komst van een Gemeentelijke Woningcorporatie. “Krimp van de bestaande corporatievoorraad door woningverkoop moet worden voorkomen. Als corporaties zich gedwongen voelen woningen te verkopen, dan moet de gemeente die woningen opkopen. Via een gemeentelijke woningcorporatie. Dat kunnen we niet voor duizenden woningen doen, maar elke sociale huurwoning telt”, aldus Groot Wassink. Wel moet daarover met de provincie, toezichthouder op de gemeentebegroting, overeenstemming worden bereikt. “Ik denk dat het kan, in het verleden kon het ook.”
Doet de SP nog mee?
Dan is er nog de SP. Al twee termijnen verantwoordelijk voor de portefeuille Wonen. De partij is tegen de uitverkoop van de stad aan het grootkapitaal. Van de socialisten mag er niet één corporatiewoning meer de markt op. Te koop komende corporatiewoningen moeten door de gemeente zelf worden opgekocht. Maar doet de SP, in de huidige raad met drie zetels vertegenwoordigd, nog mee aan de raadsverkiezingen? De partij wordt in de zoektocht naar een nieuwe lijsttrekker geteisterd door strubbelingen. Ook biedt het landelijk partijbestuur geen ruimte voor kandidaat-raadsleden met vermeende marxistische sympathieën.