Overslaan en naar de inhoud gaan

Minister Ollongren: ‘De bouw moet door blijven bouwen’

Image

Volgend jaar is 450 miljoen euro beschikbaar om de bouw van woningen te versnellen, zo blijkt uit de op Prinsjesdag gepresenteerde kabinetsplannen. Dit pakket komt bovenop de 2 miljard euro voor woningbouw die vorig jaar is aangekondigd en de maatregelen die in mei bekend zijn gemaakt. “De bouw moet door blijven bouwen. Er zijn nog steeds veel meer betaalbare woningen nodig en starters moeten meer kansen krijgen op de woningmarkt. Daarom blijf ik investeren in het op gang houden van de bouw en maak ik duidelijke afspraken met gemeenten en provincies over het maken van woningbouwplannen. Met daarin speciale aandacht voor de starter en kwetsbare groepen”, aldus minister Ollongren. 

Geen overdrachtsbelasting voor starters

Starters krijgen meer kansen op de koopwoningmarkt door deze groep vrijstelling te geven van de overdrachtsbelasting. Kopers tot 35 jaar hoeven eenmalig geen overdrachtsbelasting meer te betalen. De overdrachtsbelasting voor andere kopers die de woning zelf gaan bewonen blijft op 2 procent, voor anderen die de woning niet als hoofdverblijf gaan gebruiken wordt de belasting verhoogd naar 8 procent.

Meer regie

De besluitvorming over veertien grote woningbouwlocaties wordt versneld. Tot die locaties behoren diverse gebieden in de Metropool Regio Amsterdam (MRA). Te denken valt aan gebieden in Almere (Pampus), Zaanstad (Achtersluispolder), Hoofddorp (stationsgebied) en Amsterdam (Haven-stad en Amstel III). Om welke gebieden het precies gaat, is nog onduidelijk. Samen met betrokken overheden en private partijen worden business cases en andere plannen uitgewerkt om de komende maanden bestuurlijke afspraken te maken. Daar bovenop worden met gemeenten en provincies afspraken gemaakt over de provinciale en regionale woningbouwprogramma’s in verband met de versnellingsopgave. Dit moet leiden tot concrete doelstellingen voor plancapaciteit en woningbouwproductie om de benodigde 845.000 woningen tot 2030 te realiseren.
Om ervoor te zorgen dat gemeenten sneller plannen maken en daardoor sneller bouwen, worden de flexpools uitgebreid. Er is 20 miljoen euro extra beschikbaar voor deze inzet van expertise op het gebied van de plan- en vergunningsfase. Ook komt er 20 miljoen extra euro beschikbaar voor de transformatie van winkels en kantoren tot woningen. Dit moet ongeveer 9.000 woningen opleveren. 
Het kabinet heeft 100 miljoen euro jaarlijks gereserveerd tot en met 2030, 1 miljard euro in totaal, voor bronmaatregelen om een drempelwaarde of partiële vrijstelling voor de bouw in te kunnen voeren als onderdeel van de stikstofaanpak.

Woningcorporaties

Woningcorporaties gaan op korte termijn hun woningproductie opvoeren. Daarover zijn afgelopen week bestuurlijke afspraken gemaakt met de VNG en Aedes. De partijen willen ervoor zorgen dat de bouw van 150.000 woningen - waarvoor heffingsvermindering is aangevraagd- binnen twee jaar kan starten. Met als doel de nieuwbouwproductie te verhogen naar 25.000 woningen per jaar. Ook krijgen corporaties meer ruimte om middenhuur te realiseren door het tijdelijk buiten werking stellen van de marktverkenning. 
Het kabinet neemt verder maatregelen die van invloed zijn op de financiële positie van corporaties. “Per saldo blijft de investeringscapaciteit van de sector op peil zodat ze aan hun maatschappelijke opgave, waaronder het bouwen en verduurzamen van huizen, kunnen blijven voldoen”, aldus Ollongren. Het kabinet geeft 200 miljoen euro korting op de verhuurderheffing; 138 miljoen daarvan is bedoeld voor het faciliteren van huurverlaging voor dure scheefwoners. Het overige deel komt ten goede aan nieuwbouw.

Nog geen doorbouwgarantie

Volgens de minister heeft de vorige crisis geleerd dat de bouw niet stil mag vallen. In tijden van onzekerheid, zijn mensen vaak minder bereid om een nieuwe woning te kopen. Daardoor kan de woningbouwproductie terugvallen en loopt het woningtekort verder op. Daarom heeft Ollongren samen met de sector een doorbouwgarantie voor nieuwbouwwoningen verkend. Deze wordt nu verder uitgewerkt zodat deze klaarligt op het moment dat de economie verslechtert en dit een noodzakelijke maatregel zou zijn.