Woningcorporaties kunnen voor honderden miljoenen extra leningen afsluiten, zo heeft het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) uitgemaakt na langdurig overleg met Rijk, gemeenten en corporatiesector. Nu nog kan een grote woningcorporatie maximaal voor 3,5 miljard euro aan geborgde leningen afsluiten. Dat bedrag wordt in één keer met 900 miljoen euro verhoogd naar 4,4 miljard euro. Het oude leenmaximum dateert van ruim tien jaar geleden. De aanvulling is gebaseerd op de inflatie over die periode. Ook stelt het WSW voor de maximale leenruimte vanaf dit jaar jaarlijks te indexeren.
Tegelijkertijd gaat het WSW voorzichtiger om met het maximale bedrag dat een corporatie kan lenen. Bij een hoge marktwaarde van de leningen zal het WSW relatief meer vastgoed als onderpand vragen. Grote woningcorporaties als de Alliantie en Ymere reageren verheugd op de verruiming van de toegang tot geborgde, lees goedkopere leningen. “Dit is een flinke stap voorwaarts”, aldus Rob Haans, bestuursvoorzitter van de Alliantie. Haans waarschuwde eerder in Nul20 voor een beperking van de investeringsmogelijkheden vanwege het naderen van het zogeheten leningplafond. Maar de ruimere beschikbaarheid van geborgde leningen lost volgens hem de wooncrisis niet op. Daarvoor zijn meer maatregelen nodig, zoals een einde aan de al maar stijgende Vennootschapsbelasting. De verruiming maakt het voor zijn corporatie bijvoorbeeld wel mogelijk extra investeringen te doen in sociale woningbouw in Almere, zonder dat het investeringsniveau in bijvoorbeeld Amsterdam of Amersfoort daar onder hoeft te lijden.
Extra investeringsruimte
Het verhogen van het borgingsplafond gaat Ymere ongeveer 150 miljoen euro aan extra investeringsruimte opleveren, zo heeft de Amsterdamse corporatie berekend. Ymere bereikt op basis van de reeds voorgenomen investeringen binnen enkele jaren haar leenmaximum. Uitbreiding van de geborgde leningen pakt dus gunstig uit. Deze leningen zijn gemiddeld 0,75% procent goedkoper, dan de kredieten die anders op de reguliere kapitaalmarkt zouden moeten worden opgehaald. “Deze financiële ruimte kunnen we weer inzetten voor extra investeringen”, aldus een woordvoerder. Maar ook hij waarschuwt voor al te hoge verwachtingen. De beperking van de jaarlijkse huurverhoging zorgt er juist weer voor dat corporaties minder investeringsruimte hebben. “Om een echt goed antwoord te kunnen geven is het belangrijk alle effecten gezamenlijk te bekijken.”
De Nederlandse gemeenten – zij lopen in het geval een woningcorporatie ten onder gaat in het uiterste geval het risico hoge bedragen te moeten bijpassen – moeten zich nog wel uitspreken over de voorgestelde aanpassing. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) geeft aan dat ze de wijziging vanwege de grote opgave en de nieuwe zekerheid van de marktwaarde bij de maximale borg verantwoord vindt. Voorafgaand aan een definitief besluit door het VNG-bestuur, wordt een digitale ledenraadpleging gehouden. Het definitieve oordeel wordt verwacht voor eind april.