Overslaan en naar de inhoud gaan

‘Amsterdamse woningcorporaties bovengemiddeld slachtoffer van almaar stijgende vennootschapsbelasting’

Image

Elzenhagen beeld: afwc/patrick coerse

Woningcorporaties in Amsterdam gaan de komende jaren ruim twee keer zoveel  vennootschapsbelasting (VPB) betalen. Per woning stijgt deze van €490 per jaar in 2025 naar €1.130 in 2029, zo blijkt uit ramingen van de zes grote Amsterdamse corporaties. Bij ongewijzigd beleid gaat het over vier jaar om een bedrag jaarlijks van meer dan tweehonderd miljoen euro. Dat geld kan niet worden gebruikt voor onderhoud, investeringen in verduurzaming van de bestaande woningvoorraad of de bouw van nieuwe woningen.

Sinds 2008 moeten woningcorporaties over al hun activiteiten vennootschapsbelasting betalen. Deze lasten lopen almaar verderop, deels als gevolg van de zogeheten ATAD1-richtlijn. Om belastingontduiking door grote bedrijven te voorkomen, heeft Europa de aftrek van rente op leningen beperkt. Corporaties ondervinden daarvan de nadelen, juist omdat zij steeds meer leningen afsluiten om te kunnen investeren in nieuwbouw en verduurzamingsmaatregelen. Aedes publiceerde eerder deze maand onderzoek waaruit blijkt dat de corporatiesector de VPB-lasten gemiddeld ziet stijgen in 2029 naar 654 euro per woning. Tegen die tijd betaalt de sector jaarlijks meer dan 1,5 miljard euro. Aangezien de Amsterdamse corporaties bovengemiddeld veel lenen om te kunnen investeren, stijgt voor hen de VPB-last extra.

De Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties (AFWC) is voorstander van een uitzonderingspositie voor de corporatiesector. Eerder deed Aedes bij politieke partijen die bezig zijn met de formatie van een nieuw kabinet een soortgelijke oproep. “De vennootschapsbelasting gaat ten koste van de hoognodige investeringen die corporaties doen om de woningnood te bestrijden. De politiek zou corporaties daarom moeten ontzien en deze absurde winstbelasting voor maatschappelijke organisaties moeten afschaffen,” aldus AFWC- directeur/bestuurder Anne-Jo Visser.